Menuonderdelen
De te wijzigen menuonderdelen kunnen,
afhankelijk van de positie van de
modusschakelaar of de instellingen,
verschillen.
De fabrieksinstellingen zijn aangegeven
met x.
Wanneer de modusdraaiknop op
Onderdeel
Instelling
Mode (REC Mode)
Multi Burst
Burst
x
Normal
Wanneer de modusdraaiknop op P, M of SCN
Onderdeel
Instelling
1)
SCN (Scene)
/
/
2)
(EV)
+2.0EV / +1.7EV / +1.3EV /+1.0EV /
+0.7EV / +0.3EV /
–0.7EV / –1.0EV / –1.3EV / –1.7EV /
–2.0EV
9 (Focus)
/ 7.0m / 3.0m / 1.0m / 0.5m / Center
AF / x Multi AF
Spot /
(Metering Mode)
WB (White Bal)
WB
/
staat
/
/
/
/
/
x
/
x
0EV / –0.3EV /
x
Multi
x
/
/
/
/
Auto
Beschrijving
– Voor opname van een ononderbroken reeks van 16 beelden in een enkele
afbeelding (blz. 59).
– Continu opnemen (blz. 58).
– Een beeld met de normale opnamemodus opnemen.
Beschrijving
Instellen van de scènekeuzemodus (blz. 32).
De belichting regelen (blz. 53).
De automatische scherpstellingsmethode kiezen (blz. 47), of de scherpstelling
vooraf instellen (blz. 49).
Overeenstemmen met de belichting van het onderwerp dat u wilt opnemen
(blz. 55). Het lichtmeetbereik instellen.
De witbalans instellen (blz. 56).
NL
111