Werkvoorschriften
OPMERKING
►
Slijpschijven mogen alleen worden gebruikt
voor de aanbevolen toepassingen . Anders
kunnen ze breken, worden beschadigd en
verwondingen veroorzaken .
Afbramen:
Gebruik nooit doorslijpschijven
voor het afbramen!
■
Beweeg de haakse slijper met gematigde
druk heen en weer over het werkstuk.
■
Beweeg bij zacht materiaal de afbraamschijf
in een vlakke hoek over het werkstuk, bij hard
materiaal in een iets steilere hoek.
Doorslijpen:
Gebruik nooit afbraamschijven
voor het doorslijpen!
■
Gebruik alleen gekeurde vezelversterkte
doorslijp- of slijpschijven, die zijn toegelaten
voor een omwentelingssnelheid van niet minder
dan 80 m/s .
PWS 230 C3
VOORZICHTIG!
Het slijpgereedschap loopt nog verder nadat het
is uitgeschakeld . Rem het niet af door zijdelingse
tegendruk uit te oefenen .
■
Zet het werkstuk vast. Gebruik lijmklemmen/
een bankschroef om het werkstuk vast te zetten .
Het blijft dan beter op zijn plaats dan wanneer
u het met de hand vasthoudt .
■
Schakel het apparaat altijd uit voordat u het
neerlegt en wacht tot het apparaat tot stil-
stand is gekomen.
■
Ontgrendel bij een stroomstoring of wan-
neer de stekker wordt uitgetrokken, meteen
de aan-/uitknop. Zet hem op de stand UIT .
Hierdoor wordt voorkomen dat het apparaat
ongecontroleerd opnieuw start .
■
Gebruik het apparaat alleen voor droog
(door-)slijpen.
■
De extra handgreep
zaamheden op het apparaat gemonteerd
zijn.
■
Asbesthoudend materiaal mag niet worden
bewerkt. Asbest geldt als kankerverwekkend .
Tip! Zo handelt u correct.
GEVAAR! BEWEEG HET APPARAAT
ALTIJD TEGEN DE DRAAIRICHTING
IN DOOR HET WERKSTUK .
►
Bij tegenovergestelde richting bestaat het
risico op een terugslag . Het apparaat kan uit
de snede worden geduwd .
■
Beweeg het apparaat altijd ingeschakeld
tegen het werkstuk. Til het apparaat na de
bewerking van het werkstuk op en schakel het
pas dan uit .
■
Houd het apparaat tijdens de werkzaamhe-
den altijd met beide handen vast. Zorg ervoor
dat u stevig staat .
■
Voor het beste slijpresultaat beweegt u het ap-
paraat gelijkmatig in een hoek van 15° tot 30°
(tussen slijpschijf en werkstuk) op het werkstuk
heen en weer .
moet bij alle werk-
23
■
NL│BE
│