Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 58
8. Inspectie en onderhoud voor het rijden
AFSTELLEN VAN DE GASHANDGREEP
Bij een correcte afstelling heeft het gashendel een
vrije slag van 5~10
Draai de borgmoer los, zet de afstelmoer in de
gewenste positie en draai de borgmoer weer goed
vast.
Controleer de volgende punten:
1.
Controleer de kabel van de gashendel om
na te gaan of de hendel soepel van een
open tot een gesloten stand draait.
2.
Controleer of bij stuurslag naar beide
zijden de gashendel kabel niet belemmerd
wordt.
3.
Controleer of de gaskabel niet door
andere kabelsgehinderd wordt om soepel
te functioneren.
DE BANDEN CONTROLEREN
Banden moeten gecontroleerd en opgepompt worden wanneer de motor uitgeschakeld is.
Als een band niet de correcte spanning heeft is de contactcurve van de band met de grond niet goed,
controleer dit met een geijkte bandenspanningsmeter en pomp op tot de aangegeven druk.
Het controleren van de banden met een bandenspanningsmeter moet gebeuren als ze koud staan.
CONTROLEER A.U.B. DE VOORGESCHREVEN BANDENSPANNING
Vreemde voorwerpen
(Spijkertjes of
steentjes)
WAARSCHUWING:
Een foute bandendruk, slijtage of beschadigingen zijn de voornaamste oorzaak van controleverlies
over het stuur en van kapotte banden.
°
.
Scheuren en schade
Profiel slijtage indicator
Controleer de banden op scheuren en andere
schade.
Controleer of er scherpe voorwerpen in het
loopvlak zitten.
Controleer de slijtage indicator van de band
om na te gaan of het profiel voldoende is.
Een band waarvan de slijtagebalk zichtbaar
is moet vervangen worden
103
5~10°

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis