4.
Monteer de I-fan in de rand van de I-fan.
Controleer of de I-fan vrij kan draaien en zorg dat de wartels aan de onderzijde van de motor zitten.
5.
Plaats het beschermrooster op de I-fan (optie).
Het is nodig om een beschermrooster te plaatsen als de I-fan:
zich binnen bereik van mensen en/of dieren bevindt, en
een montagehoogte van minder dan 2,7 m boven de vloer heeft.
Door externe invloeden kunnen de waaierbladen van de I-fan in tegengestelde richting gaan draaien.
Om te voorkomen dat de I-fan in tegengestelde richting draait, is het noodzakelijk om een
jaloezieafsluiter te plaatsen. Als het toerental van de waaier in tegengestelde draairichting hoger wordt
dan 25% van het maximumtoerental van de I-fan, kan de I-fan de waaier niet meer omkeren in de juiste
draairichting. De I-fan zal dan niet kunnen starten en een alarm geven.
Hieronder ziet u een voorbeeld van waar de aansluitbox(en) en de handbedieningen geplaatst kunnen
worden.
De handbediening kan worden aangesloten op 1 of meer ventilatoren (maximaal 3).
gNdf
n
5