▲
Breng geen wijzigingen aan in uw behandeling op basis van één enkel meetresultaat.
!
Negeer NOOIT symptomen, die veroorzaakt kunnen worden door een lage of een hoge
bloedglucosespiegel.
Als het meetresultaat niet in overeenstemming is met uw fysieke toestand, dient u het
resultaat te controleren door een meting met bloed uit een vingertop/handpalm uit te
voeren. Als ook dit resultaat niet in overeenstemming is met uw fysieke toestand, dient
u uw arts of medische beroepsbeoefenaar te raadplegen.
20
Het afnemen van bloed op alternatieve prikplaatsen wordt uitsluitend onder de
volgende condities aanbevolen:
•
Direct voor een maaltijd
•
In nuchtere toestand
Voer GEEN bloedglucosemeting uit met bloed afgenomen op een alternatieve plaats:
•
Twee uren of minder na een maaltijd
•
Na lichamelijke inspanning
•
Bij ziekte
•
Als u vermoedt, dat uw bloedglucosespiegel zeer laag is
•
Als u weet, dat u een hypoglykemie soms niet herkent
•
Gedurende de piekperiode van kortwerkende- of snelwerkende insulineanalogen
•
Tot twee uren na het injecteren van kortwerkende- of snelwerkende insulineanalogen