Conrad VC444 Bedienungsanleitung Seite 37

Gebruik van de thermometer
A Gelijkspanningsmeting
Overschrijdt in geen geval de max. toelaatbare in-
gangsgrootten. Max. 600 VDC resp. VAC rms galva-
nisch van het net gescheiden in de overspanning-
scategorie I resp. max. 300 VDC/ACrms in de over-
spanningscategorie II.
Raak geen schakelingen of schakeldelen aan,
wanneer u hogere spanningen dan 25 VACrms of 35
VDC erin meet.
Voor de meting van gelijkspanningen gaat u als volgt te werk:
1. Verbindt de rode meetleiding met de V/Ohm-bus en de zwarte
meetleiding met de COM-bus.
2. Stel het gewenste spanningsmeetbereik met de draaischakelaar
in. Bij de gelijkspanningsmeting (V=) staan u 5 meetbereiken
(200 mV-2000 mV-20-200-600) ter beschikking.
3. Verbindt de meetpunten met het meetobject (belasting schake-
ling enz.)
4. De betreffende polartiteit van de meetwaarde wordt tezamen met
de ogenblikkelijke meetwaarde in de display weergegeven.
Elk van de vijf gelijkspanningbereiken DCV vertoont een ingangs-
weerstand van 10 MOhm.
Zodra bij de gelijkspanning een "-" voor de meetwaarde verschijnt,
is de gemeten spanning negatief (of de meetleidingen zijn verwis-
seld).
Aanwijzingen !
Doordat de meetingang zeer gevoelig is, kan het gebeuren, dat
bij vrij liggende meetleidingen (niet met een meetobject verbon-
den) een of andere meetwaarde worden getoond. Deze "Ver-
schijning" is normaal en verdwijnt, zodra u uw meting verricht.
72
B Wisselspanningmeting
Overschrijdt in geen geval de max. toelaatbare in-
gangsgrootten. Max. 600 VDC resp. VAC rms galva-
nisch van het net gescheiden in de overspanningca-
tegorie I resp. max. 300 VDC/ACrms in de over-
spanningcategorie II.
Raak geen schakelingen of schakeldelen aan,
wanneer u hogere spanningen dan 25 VACrms of 35
VDC daarin meet.
Voor de meting van wisselspanningen gaat u als volgt te werk:
1. Verbindt de rode meetleiding met de V/Ohm-bus en de zwarte
meetleiding met de COM-bus.
2. Stel het gewenste spanningsmeetbereik met de draaischakelaar
in. Bij de wisselspanningmeting (V~) staan u 2 meetbereiken
(200V en 600V) ter beschikking.
3. Verbindt de meetpunten met het meetobject (belasting schake-
ling enz.).
4. De betreffende polartiteit van de meetwaarde wordt tezamen met
de ogenblikkelijke meetwaarde in de display weergegeven.
Elk van de twee wisselspanningsbereiken vertoont een ingangs-
weerstand van 10 MOhm, parallel aan < 20 pF (AC-gekoppeld).
Aanwijzingen !
Doordat de meetingang zeer gevoelig is, kan het gebeuren, dat
bij vrij liggende meetleidingen (niet met een meetobject ver-
bonden) bepaalde meetwaarden worden getoond. Deze "ver-
schijning" is normaal en verdwijnt, zodra u uw meting verricht.
73