Scènekeuzefunctie
Voor verdere informatie
Om afhankelijk van de scène, het beeld op de juiste wijze op te nemen, bepaalt de camera de
meest geschikte combinatie van functie-instellingen.
Macro
Flitser
—
SL
/
—
/
De belichting handmatig aanpassen
1 Druk op z op de regeltoets als de modusknop is ingesteld op M.
De aanduiding "Instellen" in de linkerbenedenhoek van het scherm wordt gewijzigd in "Terug"
en de instellingen voor handmatige belichting worden weergegeven.
2 Pas de instellingen aan met de regeltoets.
b/B: diafragma (F-waarde)
v/V: sluitertijd
FINE
VGA
98
M
Terug
SAF
250
F2.8
0
Sluitertijd
Als de zoomfunctie in de uiterste groothoekstand (W-kant) staat, kunt u een diafragmawaarde
van F2.8 of F5.6 selecteren.
Als de zoomfunctie in de uiterste telefotostand (T-kant) staat, kunt u een diafragmawaarde van
F5.2 of F10 selecteren.
U kunt de sluitertijd instellen tussen 1/1000 en 30 seconden.
Het verschil tussen de instellingen en de juiste belichting zoals berekend door de camera wordt
op het scherm weergegeven als een EV-waarde. Met 0EV wordt de waarde aangeduid die het
meest geschikt is volgens de camera.
3 Neem het beeld op.
• Als u de close-upopnamefunctie (Macro) of de zelfontspanner wilt gebruiken, of als u de flitsfunctie wilt
wijzigen, drukt u op z om de instellingen voor handmatige belichting na stap 1 te annuleren. (De
aanduiding "Terug" wordt gewijzigd in "Instellen".)
stap 5 in "Lees dit eerst"
t
AF-
Scherpstelling-
bereikzoeker
voorkeuze
"Terug"
Diafragmawaarde
EV-waarde
EV
( : u kunt de gewenste instelling kiezen)
Witbalans
Flitsniveau
—
—
Autom./
WB
Burst/
Multi Burst
—
—
NL
27