Apparaat-Elementen; Inbedrijfstelling; Droogzuigen; Nat Zuigen - Kärcher NT 50/1 Me Classic Originalbetriebsanleitung

Apparaat-elementen

1 Sterschroef
2 Patronenfilter
3 Mechanische overloopbeveiliging (vlot-
ter)
4 Zuigkop
5 Zuigslang
6 Duwbeugel
7 Vergrendeling van de zuigkop
8 Vuilreservoir
9 Zwenkwiel
10 Gestel
11 Luchtinlaatleidingen
12 Vloersproeier voor natzuigen
13 Vloersproeier voor droogzuigen
14 Zuigbuis
15 Slang-/kabelhouder
16 Handgreep
17 Elleboog
18 Hoofdschakelaar zuigturbine 1
19 Hoofdschakelaar zuigturbine 2
(alleen NT 50/2, NT 70/2, NT 90/2)
20 Houder voor zuigbuis incl. vloersproeier
21 Houder voor vloersproeier
22 Houder voor zuigbuis
23 Insteekbus voor elleboog
24 Aftapslang
(alleen NT 70/2, NT 90/2)
25 Houder voor voegsproeier
26 Typeplaatje
27 Netkabel

Inbedrijfstelling

Droogzuigen

LET OP
Gevaar voor beschadiging! Bij droogzuigen
moet de patronenfilter en eventueel een
membraanfilter (speciale toebehoren) wor-
den gebruikt.
– Bij het opzuigen van fijnstof kan eventu-
eel een vliesfilterzak (speciale toebeho-
ren - alleen NT 50/1, NT 50/2) worden
gebruikt.
30
Filterzak aanbrengen
Alleen NT 50/1, NT 50/2:
Afbeelding
 Zuigkop ontgrendelen en wegnemen.
 Vliesfilterzak (speciale toebehoren) op-
zetten en erop letten dat deze goede
vast zit.
 Zuigkop eropzetten en vergrendelen.
Membraanfilter monteren
Afbeelding
 Zuigkop ontgrendelen en wegnemen.
 Membraanfilterzak (speciale toebeho-
ren) over reservoirrand trekken en erop
letten dat deze goede vast zit.
 Zuigkop eropzetten en vergrendelen.
– Bij natzuigen kan de patronenfilter door
een grofvuilfilter (speciale toebehoren)
of een membraanfilter (speciale toebe-
horen) worden vervangen.
LET OP
Gevaar voor beschadiging! Bij natzuigen
moet de patronenfilter, een grofvuilfilter
(speciale toebehoren) of een membraanfil-
ter (speciale toebehoren) worden gebruikt.
– Bij het opzuigen van nat vuil moet de vli-
esfilterzak (bijzondere toebehoren) al-
tijd verwijderd worden.
– Na beëindiging van het natzuigen: Me-
chanische overloopbescherming en re-
servoir met een vochtige doek schoon-
maken en afdrogen.
Filter voor grof vuil inbouwen
 Zuigkop ontgrendelen en wegnemen.
 Sterschroef losschroeven en patroonfil-
ter verwijderen.
Afbeelding
 Grofvuilfilter (speciale toebehoren) in-
bouwen.
 Sterschroef vastschroeven.
 Zuigkop eropzetten en vergrendelen.
– Bij het wisselen van nat- naar droogzui-
gen dient het grofvuilfilter door een pa-
tronenfilter en eventueel membraanfil-
ter vervangen te worden.
Membraanfilter monteren
- zie droogzuigen -
– 2
NL
Natzuigen