Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 16
OPMERKINGEN:
1- Het apparaat is ontworpen om te functioneren in een
omgeving met een vervuilingsgraad 3 (Zie IEC 60664).
2- Deze apparatuur voldoet aan de norm IEC 61000-3-
12, mits de maximum toelaatbare impedantie Zmax
van de installatie lager of gelijk is aan 0,034 ohm op
het interfacepunt tussen de installatie van de gebrui-
ker en het lichtnet. De installateur of de gebruiker van
de apparatuur zijn verantwoordelijk voor en moeten
waarborgen dat de apparatuur aangesloten is op een
stroomvoorziening met een maximum toelaatbare im-
pedantie Zmax lager of gelijk aan 0,034 ohm). Raad-
pleeg eventueel het elektriciteitsbedrijf.
3 INSTALLATIE
3.1 DE TOORTS MONTEREN
Deze installatie wordt zonder toorts geleverd en kan
uitsluitend gebruikt worden met handmatige en au-
tomatische (rechte) CEBORA CP101-CP161 toortsen.
Steek het beweegbare verbindingselement F in de be-
scherming D en vervolgens in het vaste verbindingsele-
ment C. Draai de borgring van het verbindingselement F
helemaal aan om luchtlekkages te vermijden die de cor-
recte functionering kunnen beïnvloeden.
Voorkom de beschadiging van de stroompin of het ver-
buigen van de stekkertjes van het beweegbare verbin-
dingselement F.
Draai de bescherming D aan het paneel vast.

3.2 INWERKINGSTELLING

De machine mag uitsluitend door gekwalifi ceerd
personeel geïnstalleerd worden. De aansluitingen
moeten voldoen aan de van kracht zijnde normen en
moeten uitgevoerd worden in overeenstemming met
de voorschriften van de wet ter voorkoming van ar-
beidsongevallen (norm IEC 26-23 en IEC CLC 62081).
Sluit de gastoevoer aan op het verbindingselement I en
controleer of de installatie in staat is een debiet en druk te
leveren die voor de gebruikte toorts geschikt zijn.
Sluit een drukregelaar aan op de persluchtfl es als u hier
voor de toevoer gebruik van maakt. Sluit de perslucht-
fl es nooit direct aan op de reductor van de machine. De
druk kan het vermogen van de reductor overschrijden
waardoor de reductor zou kunnen ontploffen.
Controleer of de voedingsspanning voldoet aan de span-
ning die aangegeven is op het gegevensplaatje op de voe-
dingskabel. Corrigeer de voedingsspanning als dit niet het
geval is met behulp van het klemmenbord voor spanning-
variaties AE in het apparaat (afb.3).
De machine is voorzien van een functieschakelaar, en
dus:
a) Zorg voor een hoofdschakelaar met voldoende capaci-
teit die voldoet aan de gegevens van het gegevensplaatje
als het apparaat permanent (zonder stekker) op het licht-
net wordt aangesloten.
b) Maak gebruik van een stekker die voldoet aan de ge-
gevens van het gegevensplaatje als u voor een dergelijke
aansluiting kiest. De stekker moet in dit geval gebruikt
64
worden om de machine helemaal van het lichtnet los te
koppelen nadat u de schakelaar A op "O" geplaatst heeft
(afb. 2).
De groengele draad van de voedingskabel moet op de
aardeaansluiting worden aangesloten.
Eventuele verlengsnoeren moeten een doorsnede heb-
ben die geschikt is voor de I1 max. opgenomen stroom
die op het technische gegevensplaatje vermeld is.
Afb. 3
4 GEBRUIK
U kiest de bewerkingswijze met behulp van de toets W:
de leds N, O, P voor snijden (CUT), snijden van roosters
(SELF-RESTART) en schoonbranden (GOUGE) gaan
branden.
Schakel het apparaat in met behulp van de knop A (de
displays R, U, V en de leds N, O, P, S, T gaan branden).
Achtereenvolgens worden snel de volgende gegevens
weergegeven:
-het artikel van de generator (display U),
-de geïnstalleerde fi rmware versie (display V),
-de naam van de gemonteerde toorts (display U en V).
Vervolgens wordt op het display U de opschrift LEN
(lengte van de toorts) weergegeven, terwijl op display V
de afmeting knippert (= 12 meter, fabrieksinstelling).
U moet de afmeting wijzigen met behulp van de knop Z
als de gebruikte toorts een afwijkende lengte heeft.
Na 5 seconden wordt de gekozen waarde opgeslagen en
voor de volgende inschakelingen van de generator in het
geheugen gehouden. In het geval van een verkeerde be-
gininstelling kunt u de lengte wijzigen door tegelijkertijd
op de toetsen W en Q te drukken, en met de draaiknop Z
de gewenste afmeting te selecteren.
Nu kunt u de correcte werkdruk instellen met behulp van
een druk op de Q toets (SET). Neem de indicaties van de
leds S en T in acht. Er is sprake van een lage druk als de
led S brand. De druk is hoog als de led T brandt. Draai
aan de knop H van de drukreductor tot de beide leds
branden (correcte druk). Zet de knop vervolgens vast
door hem in te drukken.

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis