Speciale Veiligheidsinstructies - Kawasaki 603.010.010 Originalbetriebsanleitung

toerental daalt, de machine ontlasten of
NL
uitschakelen.
Met voor het doel geschikt elektrisch
gereedschap kunt u veiliger en beter werken
binnen het aangegeven vermogensbereik.
• Borg de werkstukken tegen meedraaien, bijv.
met behulp van een spaninrichting of een
spantang.
Werk niet aan werkstukken die te klein zijn
om in te spannen. Als u het werkstuk met de
hand vasthoudt, kunt u het gereedschap niet
meer veilig bedienen.
• Berg elektrisch gereedschap op buiten bereik
van kinderen.
• Gebruik uitsluitend door de fabrikant aanbevo
len accessoires.
• De netspanning dient overeen te komen met de
informatie op het typeplaatje van de machine.
• Zorg dat u niet in contact komt met geaarde
delen, zoals buizen, radiatoren, kachels en
koelkasten, om een elektrische schok te
voorkomen.
• Draag het apparaat niet aan het snoer. Trek het
snoer uitsluitend aan de stekker uit de
contactdoos.
Houd het snoer uit de buurt van olie, hitte
en scherpe randen. Een beschadigd snoer kan
leiden tot een elektrische schok.
• Controleer het apparaat en het snoer telkens
voor gebruik op beschadigingen.
• Bij het insteken van de netstekker erop letten
dat de netschakelaar niet in geblokkeerde stand
staat.
• Gebruik buiten uitsluitend daarvoor
goedgekeurde verlengkabels.
• Bij gebruik van een haspel dient u het snoer
volledig af te rollen om warmteontwikkeling in
het snoer te voorkomen. Aderdiameter min. 1,5
2
mm .
• Bij het werken buiten dient de contactdoos te
zijn voorzien van een aardlekschakelaar.
• Trek de stekker uit de contactdoos wanneer u
het apparaat niet gebruikt of instellingen daaraan
wilt verrichten.
• Voer het snoer steeds naar achter weg van het
gereedschap.

7. Speciale veiligheidsinstructies

• De afkort- en verstekzaag nooit voor het zagen
van andere dan door de fabrikant aangegeven
materialen gebruiken.
• De zaag alleen gebruiken als zich de
veiligheidsvoorziening op de daartoe bestemde
plaatsen bevinden, de zaag in een goede
conditie verkeert en conform de richtlijnen is
onderhouden.
• Let erop dat de voorziening voor het kantelen
van de arm bij de verstekzaag stevig bevestigd
is.
• De vloer rondom de machine dient vlak, schoon
en vrij van voorwerpen, zoals zaagspaan en
stukken plaatmateriaal te zijn.
• Voor geschikte verlichting van de werkplek resp.
ruimte zorgen.
• De gebruiker dient uitgebreid te zijn
geïnstrueerd over de toepassingsmogelijkheden,
de afstelling en bediening van de machine.
• Erop letten dat alleen afstandsringen en
spindelringen worden gebruikt die door de
fabrikant zijn vermeld voor het betreffende doel.
• De laser mag niet worden vervangen door een
72