nl
1. Activeer de aandrijvingen en beweeg de aandrijvingen naar de wielen.
2. Controleer de correcte aanzetting.
3. Los de parkeerrem van de caravan. Let op de maximaal toegestane stijging!
4. Om de caravan te verplaatsen, beweegt u de joystick langzaam in de gewenste richting.
In het bereik (1) beweegt de caravan vooruit. Met de joystick kunt u de snelheid en de richting
traploos bepalen.
In het bereik (2) beweegt de caravan achteruit.
In de linker- en rechterpositie (3 en 4) draait de caravan in de aangegeven draairichting op de
plaats om de eigen as.
Als u de joystick loslaat, stoppen de aandrijvingen onmiddellijk en remmen ze de caravan.
5. Als de caravan op de gewenste plaats staat, trekt u de handrem van de caravan aan.
6. Beweeg de aandrijvingen weg van de wielen.
Zet de caravan niet neer met onder spanning staande of gedraaide assen.
Beweeg de caravan minimaal één meter recht vooruit of achteruit nadat u een korte
bocht hebt gemaakt of ter plekke hebt gedraaid.
7. Houd de knoppen (d en e) ingedrukt tot de LED's op de terugstelknoppen knipperen en de bedrijf-
stoestands-LED continu brandt. Pas dan zijn de aandrijvingen compleet teruggesteld.
8. Controleer of beide aandrijvingen correct zijn teruggesteld.
9. Schakel de afstandsbediening met de hoofdschakelaar uit (b).
Aandrijvingen van de wielen halen
VOORZICHTIG!
Gevaar voor ongevallen door wegrollen!
Trek voor het weghalen van de aandrijvingen altijd de handrem van de caravan aan.
De cijfers tussen haakjes verwijzen in deze paragraaf naar Afb. 2.
1. Druk de terugstelknoppen (d en e) in en houd deze tegelijkertijd net zolang ingedrukt tot de ledlampjes
van de terugstelknoppen knipperen.
Het proces wordt geactiveerd – u kunt de knoppen loslaten.
De aandrijvingen bewegen zich van de wielen af. Als beide LED's permanent branden, zijn de aan-
drijvingen teruggezet.
2. Wacht tot ook de bedrijfs-LED knippert.
Pas als de bedrijfs-led ook knippert, zijn de aandrijvingen veilig uitgeschakeld en komt het niet
tot een systeemblokkering.
3. Schakel de afstandsbediening uit met de aan-/ uitschakelaar (b) aan de zijkant.
4. Controleer of beide aandrijvingen correct zijn teruggesteld.
Als de aandrijvingen niet helemaal konden worden teruggesteld (radiostoring of afstandsbedie-
ning te vroeg uitgeschakeld), moeten de volgende stappen worden uitgevoerd:
Houd de afstandsbediening bij het indrukken van de terugstelknoppen (d en e) tegen de
vrijgaveschakelaar.
Voer de stappen Aandrijvingen van de wielen afbewegen opnieuw uit.
Caravan aankoppelen
Als u uw caravan wilt aankoppelen, kunt u de caravan met de AL-KO Mammut precies boven de trekhaak
rangeren.
50
694 873_d