Herunterladen Diese Seite drucken

STIEBEL ELTRON SOKI plus Bedienung Und Installation Seite 14

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für SOKI plus:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 3
2.4
Elektrische aansluiting
Alle elektrische werken moeten
!
door bevoegd vakpersoneel worden
uitgevoerd overeenkomstig de relevante
VDE-voorschriften en de lokaal geldende
richtlijnen. Voor het begin van de werk-
zaamheden moet de regeling spanningsvrij
worden geschakeld!
De SOKI wordt aan de hand van de montage- en
gebruikshandleiding van de regeling in kwestie
aangesloten op de zonneregeling. De elektrische
verbindingskabel moet tegen trekken worden
beveiligd.
2.5
Installatie van het drukexpansievat
Het Stiebel Eltron-drukexpansievat is geschikt
voor H-30 L of H-30 LS en voor een werkdruk
van 6 bar. De voordruk van het expansievat moet
bij ongevulde installatie 3 bar bedragen. Een
controle van de voordruk moet in elk geval bij
ongevulde installatie worden uitgevoerd. Een
hoogteafhankelijke instelling van de voordruk
mag niet worden uitgevoerd. Het expansievat
(met de aansluiting naar beneden)moet worden
aangesloten op de SOKI (13)
2.6
Installatie spoelen en vullen
l De drukslang op de KFE-kraan (5) onder de
manometer (4) aansluiten en de KFE-kraan
openzetten.
l De spoelslang aansluiten op de KFE-kraan (5)
op de debietmeter (8) en de kraan openzet-
ten.
l De gleuf van de stelschroef op de debietmeter
(8) moet in horizontale stand staan. De geïn-
tegreerde kogelkraan is daardoor gesloten.
De zwaartekrachtrem boven de pomp
E
openzetten; de kogelkraan daartoe met een
steek- of vorksleutel maat 14 in de stand 45°
(half geopend, half gesloten) zetten.
l De installatie vullen met onverdund warmte-
medium H-30 L/LS.
E
Boilermontage
Openzetten
Sluiten
Zwaartekrachtrem
Kogelkraan gesloten
actief
14
l Met behulp van het spoel- en vulstation (niet
bijgeleverd) het zonnecircuit minstens 15
min. spoelen. Om alle lucht uit de installatie
te verwijderen, moet tussendoor de stel-
schroef op de debietmeter (8) kort worden
geopend (gleuf verticaal).
l Het zonnesysteem nooit met water spoelen of
testen onder druk. De installatie kan niet vol-
ledig worden leeggemaakt. Er bestaat gevaar
voor vorstschade.
l De spoel-KFE-kraan (5) (afvoerkraan) sluiten
terwijl de vulpomp draait en de installatie-
druk verhogen tot ca. 6 bar. De installatiedruk
aflezen op de manometer (4).
l De vulkraan sluiten en de pomp van het
spoel- en vulstation uitschakelen, de stel-
schroef op de debietmeter (8) openen (gleuf
verticaal).
l De installatie boven de collectoren ontluch-
ten, tot de installatievloeistof zonder bellen
naar buiten loopt. De druk weer verhogen tot
ca. 6 bar en de dichtheid van de installatie
controleren. Bij een duidelijke drukdaling
op de manometer (4) zit er een lek in het sy-
steem.
l De werkdruk instellen op 3,5 bar.
l De pomp (7) met het hoogste toerental in
werking stellen en minstens 15 min. laten
draaien.
B
l De pomp daarna instellen op het gewenste
debiet.
l Optimaal debiet:
5 liter/min/groep
l De slangen van het vulstation afnemen en de
sluitingen op de spoel- en vulkranen schroe-
ven.
l De installatie nogmaals op lekken controle-
ren. De kogelkraan (6) boven de pomp vol-
ledig openzetten.
l De voorste isolatieschaal (12) aanbrengen.
Debietmeter
F
Geopend
13
11
9
7
1" vlakdichtend met
wartelmoer
Instellen van het
debiet
Schaalverdeling
¾" aansluiting
(binnendraad)
Gesloten
Afleesmerkteken is
de bovenkant op de
vlotter
2.7
Installatie leegmaken
l De zwaartekrachtrem in de kogelkraan (6)
openzetten.
l De ontluchtingsinrichtingen op het hoogste
punt (boven de collectoren) openzetten.
l De KFE-kraan op het diepste punt van de
installatie openzetten, hetzij aan de spoel-
KFE-kraan (5) (afvoerkraan) of op de SAS SOKI
(niet bijgeleverd).
2.8
Zwaartekrachtrem
E
l De zwaartekrachtrem is ingebouwd in de ko-
gelkraan (6) boven de pomp (7) en heeft een
openingsdruk van 20 mbar.
l Om de installatie leeg te maken, moet de
zwaartekrachtrem geopend zijn. Daartoe
moet de greep van de kogelkraan (6) in de
stand 45° worden gezet.
l Voor de werking van de installatie moet de
kogelkraan (6) volledig geopend zijn.
l Om circulatieproblemen met de installatie te
vermijden, is het aan te bevelen in de aan-
voerleiding (van de collector naar de boiler)
een bijkomende zwaartekrachtrem te instal-
leren (standaard voorzien in de boileraan-
sluitset SAS SOKI).
2.9
Veiligheidsinrichting
l De SOKI is uitgerust met een 6 bar veilig-
heidsklep: deze moet goed toegankelijk zijn.
l De diameter van de afblaasleiding moet
overeenkomen met de diameter van de kle-
puitgang; de afblaasleiding mag niet langer
zijn dan 2 m. Als deze maximumwaarden (2
bochtstukken, 2 m leiding) worden overschre-
den, moet voor de afblaasleiding de volgende
grotere maat worden gekozen. Meer dan 3
bochtstukken en 4 m leidinglengte is verbo-
den.
l Als de afblaasleiding uitmondt in een afvoer-
leiding met trechter, moet de afvoerleiding
minstens tweemaal de diameter van de kle-
pingang hebben. Verder dient men erop te
letten dat de afblaasleiding met verval wordt
geplaatst; de monding moet open en obser-
veerbaar zijn, en zo geplaatst zijn dat perso-
nen tijdens het afblazen geen gevaar lopen.
l In de praktijk is het nuttig gebleken een bus
onder de afblaasleiding te plaatsen. Als de
veiligheidsklep ooit geactiveerd wordt, wordt
de vloeistof opgevangen en kan ze (bij te lage
druk van de installatie) weer worden ingego-
ten.
2.10 Pompinstellingen
B
F
De debietmeter (8) is een meettoestel voor het
doorstroomvolume, voorzien van een geïnte-
greerde en instelbare begrenzer voor het door-
stroomvolume. Het weergavebereik ligt tussen
1 - 13 l/min.
Op de draaischakelaar van de pomp (7) moet
het debiet worden ingesteld (af te lezen op de
optische debietmeter). Bij de collectoren SOL 20
plus, SOL 23 plus, SOL 25 plus, SOL 27 plus moet
het debiet worden ingesteld op ca. 5 l/min/groep
(of 300 l/h/groep). Bij de collector SOL 20 SI moet
het debiet 80/l/h/collector bedragen.

Werbung

loading