Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Accu Opladen - Eufab CB-20 Bedienungsanleitung

Werkstattladegerät
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für CB-20:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1

6.2 ACCU OPLADEN

6.2.1 VOORBEREIDING
Reinig de accupolen van stof en corrosieresten.
Alleen voor open accu's: verwijder de afsluitdoppen van
de accucellen. Vul gedestilleerd water bij totdat het minimale
vulpeil bereikt is. Laat de cellen van de accu open totdat het
opladen is voltooid.
Volg bij onderhoudsvrije accu's de tips van de accufabrikant
heel nauwkeurig op.
6.2.2 ACCULADER AANSLUITEN
Reinig de accupolen van stof en corrosieresten.
LET OP
Zorg ervoor dat de acculader niet is aangeslo-
ten op het stopcontact en dat de netschakelaar
(positie 8 in het overzicht) op "OFF" staat.
Sluit eerst de rode pluskabel (+) (positie 9
in het overzicht) van de acculader aan op de
pluspool van de accu. Sluit daarna de zwarte
massakabel (-) (positie 10 in het overzicht) op
de minpool van de accu aan.
Afb. 2: Netschakelaar
Wij adviseren de accu niet op te laden in
ingebouwde toestand. Bij het laadproces zijn
zuurspatten onvermijdelijk. Het zuur tast de
lak en andere onderdelen van het voertuig aan.
Bij een op het voertuig aangesloten accu kan
de elektronica van het voertuig beschadigd
raken. Neem de instructies van de fabrikant van
het voertuig in acht.
Als u de accu in ingebouwde toestand oplaadt,
ontkoppelt u deze eerst van het elektrische
systeem van het voertuig. Lees dit na in de ge-
bruiksaanwijzing van uw voertuig of informeer
hierover bij uw garage.
Sluit eerst de rode pluskabel (+) (positie 9 in het overzicht)
van de acculader aan op de pluspool van de accu. Sluit daarna
de zwarte massakabel (-) aan op de carrosserie (blank
gedeelte), zover mogelijk uit de buurt van de accu,
carburateur en brandstofleidingen. Houd altijd deze volgorde
aan.
Steek nu de netstekker (positie 1 in het overzicht) in het
stopcontact.
6.2.3 ACCULADER INSTELLEN
Stel eerst met de keuzeschakelaar (positie 5 in het overzicht)
de bij uw accu behorende spanning in, 12/24 V
Afb. 3: Keuzeschakelaar accuspanning
Stel met de keuzeschakelaar (positie 7 in het overzicht) in of
de accu langzaam of snel moet worden opgeladen.
MIN (langzaam) – BOOST (snel)
Afb. 4: Keuzeschakelaar MIN-BOOST
Raadpleeg hiervoor de gebruiksaanwijzing van uw accu
om na te gaan met welke laadstroom deze kan worden
opgeladen. Bij kleine accu's, tot 20 Ah, moet het laden
met "MIN" gebeuren. De instelbare laadstromen vindt u in
hoofdstuk 3. Specificaties.
6.2.4 OPLADEN
Start het laadproces door de netschakelaar (positie 8 in het
overzicht) op "ON" te zetten. Op de ampèremeter (positie 2 in
het overzicht) kunt u de actuele laadstroom aflezen.
De laadstroom daalt in de loop van het laadproces. Als de
laadstroom nul nadert, is de accu volledig geladen. Om
schade aan de accu door overbelasting te voorkomen, moet
de laadstroom van de accu steeds worden gecontroleerd.
De laadduur van de te laden accu hangt af van verschillende
factoren, zoals de capaciteit van de accu, de omgevingstem-
peratuur, de laadtoestand, het vermogen van de acculader
enz. De exacte laadtoestand van de accu kan uitsluitend
worden bepaald met een accuzuurweger (accuzuur-
dichtheidsmeter), waarmee de soortelijke massa van de
elektrolytvloeistof kan worden gemeten. De volgende
dichtheidswaarden gelden (kg/l bij 20 °C):
1,28 ≙ opgeladen accu
1,21 ≙ half opgeladen accu
1.14 ≙ lege accu
Houd altijd toezicht op het laadproces als
het aan de gang is!
17

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

16518

Inhaltsverzeichnis