Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Remhandvatten Afstellen; Veerspanning Aanpassen; Remblokken Afstellen; Versnelling Afstellen - Kayoba 005018 Bedienungsanleitung

E-bike
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 33
4
Controleer of de ketting de juiste spanning heeft.
5
Controleer of het achterwiel goed is aangedraaid.
6
Draai de schroef op de velgrem vast.

5.3 Remhandvatten afstellen

De rem moet de volledige kracht toepassen als het handvat
half wordt ingedrukt. De rem mag niet tegen de velg
drukken als het handvat niet wordt ingedrukt. Het moet niet
nodig zijn om het handvat volledig tegen het stuur te
drukken.
● Stel de spanning voor de voorrem af met behulp van de
stelschroef op het remhandvat. (Afbeelding 8)
● Als de rem verder moet worden afgesteld, maakt u de
draadvergrendeling op de remarm los. Plaats de draad op
de gewenste positie en draai de draadvergrendeling weer
volledig vast.
● Neem contact op met een erkend servicecentrum als de
remdraden moeten worden vervangen.

5.4 Veerspanning aanpassen

De veerspanning zorgt ervoor dat de rem de velg niet raakt
als het remhandvat wordt losgelaten.
● Draai aan de stelschroeven aan beide zijden van de rem
met een geschikte schroevendraaier totdat de armen
parallel bewegen. (Afbeelding 9)

5.5 Remblokken afstellen

De remblokken moeten tegen het midden van de velg
drukken. De remblokken mogen de band niet raken en niet
onder de onderrand van de velg komen.
● Indien nodig draait u de inbusbout los die het remblok op
zijn plek houdt en stelt u de positie van het blok af.
(Afbeelding 10)
● Vervang de remblokken indien nodig. Neem contact op
met een servicecentrum.

5.6 Versnelling afstellen

De spanning van de versnellingsdraad wordt aangepast met
de stelschroef op de naaf van het achterwiel.
1
Draai de borgmoer voor de stelschroef los.
2
Draai de versnellingshendel aan de rechterzijde van
het stuur naar de tweede versnelling. (Afbeelding 7)
3
Draai de stelschroef op de derailleur aan de
rechterzijde van de achternaaf. (Afbeelding 11)
60
4
Zorg ervoor dat de gele markering in het venster
tussen de twee witte lijnen zit.
5
Draai de borgmoer voor de stelschroef vast.

5.7 Banden en velgen controleren

● Controleer regelmatig of de spaken correct onder
spanning staan en of de wielen niet verbogen of
vervormd zijn.
● Inspecteer de slijtagelijn aan de zijkant van de velg.
De slijtagelijn geeft de slijtage aan als gevolg van de
remmen. Vervang de velg als de slijtagelijn niet langer
zichtbaar is.
● Controleer regelmatig de luchtdruk in de banden.
De juiste luchtdruk staat op de zijkant van de band.
● Controleer regelmatig of de banden niet beschadigd zijn.
● Laat de band niet in contact komen met olie, benzine,
paraffine of stoffen die rubber kunnen beschadigen.

5.8 Spaken controleren

De spaken moeten rondom het hele wiel onder dezelfde
spanning staan.
1
Om de spanning te controleren, drukt u twee naast
elkaar gelegen spaken aan dezelfde kant van het wiel
naar elkaar toe.
2
Controleer het hele wiel op losse spaken.
3
Controleer of de velg niet vervormd is. Draai het wiel
en gebruik de remblokken als referentie.
4
Zet losse spaken onder spanning met een
spaaksleutel. Als u niet weet hoe u de spaken onder
spanning zet, laat u een erkend servicecentrum de
spaken onder spanning zetten.
Let op! Een vervormde velg of gebroken spaak geeft aan dat
het wiel beschadigd is. Neem contact op met een erkend
servicecentrum.

5.9 Naaflagers controleren

1
Controleer of de naaflagers niet los zijn. Houd het
wiel vast en beweeg het naar voren en naar achteren.
2
Stel de naaflagers af om ervoor te zorgen dat de
lagers en lagerschijven niet beschadigd raken.
2022_001

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis