De Temperatuurbereiken; Hoogteafstelling; Koken Met De Kooksensor - Siemens ET8..MC31 Gebrauchsanleitung

De temperatuurbereiken

Bij het koken en de kooksensor stelt u geen kookstanden maar
temperatuurbereiken in. U heeft de beschikking over vijf
temperatuurbereiken:
Temperatuurbereik
170 - 180 °C
110 - 120 °C
90 - 100 °C
80 - 90 °C
60 - 70 °C

Hoogteafstelling

Het punt waarop het water begint te koken, hangt af van hoe
hoog uw woonplaats zich boven de zeespiegel bevindt. Kookt
uw gerecht te sterk of te zwak, dan kunt u het kookpunt
instellen.
Roep in de basisinstellingen
uit. De basisinstellingswaarde is
de hoogte:
Hoogte
0 ­ 100 m
100 ­ 200 m
200 ­ 400 m
400 ­ 600 m
600 ­ 800 m
800 ­ 1000 m
1000 ­ 1200 m
1200 ­ 1400 m
meer dan 1400 m
* Basisinstelling
In het hoofdstuk Basisinstellingen kunt u nalezen hoe u de
waarden verandert.
Aanwijzingen
Op een hoogte van 0 ­ 400 m hoeft het kookpunt niet te
■
worden ingesteld. Kook eerst met de basisinstelling. Bent u
niet tevreden met het kookresultaat, verander dan de
instelling van het kookpunt.
Het temperatuurbereik van 90-100 °C is voldoende om te
■
koken, ook als het water niet zo sterk borrelt als gewoonlijk.

Koken met de kooksensor

De kookzone moet gekozen zijn.
Gerechten in de pan doen en er minstens twee vingers breed
1.
vloeistof aan toevoegen.
De pan midden op de kookzone plaatsen en het deksel erop
2.
doen.
Bij de gewenste kookzone op de kooksensor drukken, zodat
3.
hij naar boven komt. De
indicatiemenu verschijnen de mogelijke temperatuurbereiken.

Indicatie
170°C
120°C
100°C
90°C
70°C
op. Kies de juiste kookzone
™...
. Kies de juiste waarde voor
„
™...
Waarde bij
‚
ƒ
„ *
...
†
‡
ˆ
‰
Š
op het display is verlicht. In het
'
  
geschikt voor
Frituren
Garen in de snelkookpan
Koken en sudderen
Gaarstoven, wellen, stoven
Ontdooien, opwarmen, warmhouden
In de volgende 10 seconden in het instelbereik de gewenste
4.
temperatuur instellen. De temperatuur op het display is
verlicht. De kooksensor is geactiveerd.
Het temperatuursymbool is verlicht tot de temperatuur bereikt
is. Dan klinkt er een signaal. Het temperatuursymbool verdwijnt.
De kooksensor houdt de temperatuur van de kookpan binnen
het ingestelde temperatuurbereik.
Kooksensor uitschakelen
Schakel de kookzone uit. Druk de kooksensor in, zodat het
sensorvenster niet vuil wordt.
Aanwijzingen
U kunt de gerechten ook in warme vloeistof doen. Vul de pan
■
alleen met vloeistof. Stel in zoals bij punt 3 en 4 beschreven.
Als de temperatuur bereikt is en er een signaal klinkt, doet u
de gerechten in de vloeistof.
Het deksel van de omlaag gebrachte kooksensor wordt heet
■
wanneer de aangrenzende kookzone ingeschakeld is.

    
55