Nds surgical imaging ZERO WIRE DUO Benutzerhandbuch Seite 193

Tabellen 204 en 206
Immuniteitstest Testniveau IEC 60601
Geleide RF 3 V
rms
IEC 61000-4-6 150 kHz tot 80 MHz
Uitgestraalde RF 3 V/m
IEC 61000-4-3 80 MHz tot 2.5 GHz
Opmerking 1: Bij 80 MHz en 800 MHz is het hoogste van de beide frequentiebereiken van toepassing.
Opmerking 2: Deze richtlijnen gelden mogelijk niet in alle situaties. Overdracht van elektromagnetische energie wordt beïnvloed door
absorptie en reflectie van constructies, voorwerpen
a De veldsterkte die wordt uitgestraald door vaste zenders, zoals basisstations voor [mobiele/draadloze] radiotelefoons en mobiele
landradio's, amateurradio's, AM- en FM-radio-uitzendingen en tv-uitzendingen kan niet theoretisch met nauwkeurigheid worden voorspeld.
Voor het bepalen van de elektromagnetische omgeving die door vaste RF-zenders wordt gecreëerd, kan een elektromagnetische
meting ter plaatse worden overwogen. Indien de gemeten veldsterkte in de ruimte waarin het apparaat wordt gebruikt het bovenstaande
toepasselijke RF-compliantieniveau overschrijdt, moet worden geverifieerd of de apparatuur normaal functioneert. Als het systeem niet
normaal werkt, zijn er wellicht aanvullende maatregelen vereist. Zo kunt u het apparaat verplaatsen of anders richten.
b Over het gehele frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz mag de veldsterkte niet hoger zijn dan 3 V/m.
Aanbevolen scheidingsafstanden tussen draagbare/mobiele RF- communicatieapparatuur en het
apparaat.
Nominaal maximaal
uitgangsvermogen
van zender [W]
Richtlijnen en verklaring van de fabrikant – Elektromagnetische immuniteit –
Voor apparatuur en systemen die niet levensondersteunend zijn
Compliantieniveau
3 volts
3 V/m
Scheidingsafstand d [m] in overeenstemming met de frequentie van de zender
150 kHz tot 80 MHz
⎡ ⎤
3 5 .
=
d P
⎢ ⎣ ⎥ ⎦
3
0.0 0.12
0.1
0.38
1.0 1.2
10.0 3.8
100.0 12
Tabel 204
Elektromagnetische omgeving – richtlijn
Draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur mag niet dichter
bij een onderdeel van het apparaat, inclusief kabels, worden gebruikt
dan de aanbevolen scheidingsafstand berekend volgens de vergelijking
voor de frequentie van de transmitter.
Aanbevolen scheidingsafstand:
[ ]
=
3 5 .
d P
3
[ ]
= 3 5 .
d P
80 MHz tot 800 MHz
3
[ ]
=
7
800 MHz tot 2.5 GHz
d P
3
Waarbij P het nominale maximale uitgangsvermogen van de zender in
watt [W] volgens de zenderfabrikant is en d de aanbevolen scheidingsaf-
stand in meters [m].
De veldsterkte van vaste RF-zenders (bepaald door elektromagnetische
a
metinga ter plaatse ) moet kleiner zijn dan het compliantieniveau in elk
b
frequentiebereik . Dit symbool geeft aan dat in de nabijheid van daarmee
gemerkte apparatuur interferentie kan optreden:
Tabel 206
80 MHz tot 800 MHz
⎡ ⎤
3 5 .
=
d P d
⎢ ⎣ ⎥ ⎦
3
0.12
0.38
1.2
3.8
12
800 MHz tot 2.5 GHz
⎡ ⎤
7
=
P
⎢ ⎣ ⎥ ⎦
3
0.23
0.73
2.3
7.3
23
18