Herunterladen Diese Seite drucken

Kinderkraft JULI Bedienungsanleitung Seite 47

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 20
Plaats het onderstel (A) op een vlakke ondergrond. Ontgrendel de vergrendeling aan de rechterkant van de wagen (AFB.
1). Houd de hendel vast en til het onderstel op tot u een karakteristiek geluid hoort, dat aangeeft dat het onderstel naar
behoren is vergrendeld (AFB. 2).
Om de achterremas (E) te monteren, schuift u de achterste vrije uiteinden van het onderstel in de gaten in de achteras
(AFB. 3), tot u het vergrendelingsgeluid hoort. Zorg ervoor dat de sluitbeugels goed vergrendeld zijn (AFB. 4).
WAARSCHUWING!
Zodra het onderstel in zijn natuurlijke
positie staat, moet de remhendel zich aan de kant van de ouder
(AFB. 3) bevinden.
III MONTAGE/DEMONTAGE VAN DE WIELEN
Plaats het achterwiel (C) op het uitstekende deel van de achteras (E). Druk de kunststof pin (D1) op de as, zet deze vast
met de kunststof capsule (D2) en dek deze af met de pin (D3). Elk onderdeel moet met een lichte weerstand worden
ingedrukt tot het vastklikt (AFB. 5 & 6). Herhaal deze stappen aan de andere kant van de kinderwagen.
WAARSCHUWING! Als de achterwielen eenmaal gemonteerd
zijn, kunnen ze niet meer gedemonteerd worden. In geval van
bijzondere noodzaak is het mogelijk om de volledige
remachteras
en
wielen
te
demonteren
wanneer
de
vergrendelingen die in afbeelding 4 te zien zijn, ontgrendeld
worden.
Steek de voorwielen (B) in de gaten in het voorste deel van het onderstel totdat u het vergrendelingsgeluid hoort (AFB.
7).
De wagen is voorzien van een systeem van stuurbare voorwielen met de mogelijkheid van vergrendeling van het
rechtdoor rijden. Om het wiel rechtdoor te zetten, dient u de vergrendelingshendel naar buiten te schuiven (AFB. 8). Om
het wiel te ontgrendelen, dient u de vergrendelingshendel naar binnen te schuiven.
Om het voorwiel te demonteren, druk op de knop die in afbeelding 9 te zien is en trek het wiel uit.
WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat alle wielen correct
gemonteerd zijn voordat u de rolstoel in gebruik neemt.
IV GEBRUIK VAN DE REM
De kinderwagen is uitgerust met een voetbediende parkeerrem op de achteras. Trap het pedaal in om de rem in te
schakelen. De rem wordt gelost wanneer het pedaal omhoog wordt gebracht (AFB. 9).
V (DE)MONTAGE VAN DE GONDEL EN VEILIGHEIDSBEUGEL
Plaats de gondel (G) op een vlakke ondergrond. Druk de staaf (H) in de gaten in het gondelonderstel zoals getoond in
afbeelding 11. Na de montage moet de bocht van de staaf (H) worden gepositioneerd zoals getoond in afbeelding 12. Zet
vervolgens de positie van de staaf (H) vast met behulp van de drukknoppen (AFB. 13).
In het geval van een kinderwagen met autostoeltje wordt de gondel in de vervoerstijd extra verdeeld. Om de gondel in
elkaar te zetten, moet de gondelbuis worden bevestigd en vervolgens de ritssluiting vast gedaan worden (in omgekeerde
volgorde dan in weergegeven in AFB. 39 en 41).
Bij montage van de gondel op het onderstel van de wagen, de gondel aan beide zijden van de wagen aan de daarvoor
voorziene
gaten
(AFB.
14)
bevestigen
totdat
u
het
karakteristieke
klikgeluid
hoort.
WAARSCHUWING! DE GONDEL KAN SLECHTS MET DE
ACHTERKANT IN DE RIJRICHTING GEMONTEERD WORDEN (het
kind met het gezicht naar de verzorger die de wagen bedient)
WAARSCHUWING! Een nieuwe kinderwagen is door de
fabrikant uitgerust met ingebouwde veiligheidsgordels binnen
de gondel. Deze gordels moeten worden verwijderd om de
47

Werbung

loading