Gartenpumpe_118655.book Seite 67 Montag, 29. Oktober 2018 7:26 07
Inhoudsopgave
Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 69
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Opslag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Reclamaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
Voordat u begint...
Reglementair gebruik
Dit apparaat is in halfstationaire toepassing bedoeld
voor het verpompen van schoon water binnenshuis
en in de tuin: voor sproeien en irrigeren, als put-,
regen- en proceswaterpomp of voor het leegpompen
van tuinvijvers en waterreservoirs.
De pomp is niet ontworpen voor continubedrijf.
Het mag niet als drinkwatervoorziening of voor het
transporteren van levensmiddelen worden gebruikt.
Het toestel mag enkel binnen de toegelaten vermo-
gensgrenzen worden gebruikt (► Technische gege-
vens - p. 71).
Explosieve, brandbare, agressieve of gezondheids-
schadelijke stoffen en uitwerpselen mogen niet wor-
den getransporteerd.
Het apparaat is uitsluitend voor particulier gebruik
bestemd. De algemeen erkende ongevallenpreven-
tievoorschriften en bijgevoegde veiligheidsinstructies
moeten in acht genomen worden.
Voer alleen werkzaamheden uit, die in deze gebruiks-
aanwijzing beschreven zijn. Elk ander gebruik is niet
toegestaan foutief gebruik. De fabrikant is niet aan-
sprakelijk voor schade die als gevolg hiervan ont-
staat.
Wat betekenen de gebruikte symbolen?
In de gebruiksaanwijzing worden de gevaarsaanwij-
zingen en aanwijzingen duidelijk aangegeven.
Onderstaande symbolen worden gebruikt:
GEVAAR! Direct levensgevaar of risico
op letsel! Direct gevaarlijke situatie die
dodelijk of ernstig lichamelijk letsel tot
gevolg zal hebben.
WAARSCHUWING! Waarschijnlijk
levensgevaar of risico op letsel! Alge-
meen gevaarlijke situatie die dodelijk of ern-
stig lichamelijk letsel tot gevolg zal hebben.
VOORZICHTIG! Eventueel risico op let-
sel! Gevaarlijke situatie die letsel tot gevolg
kan hebben.
LET OP! Risico op schade aan het appa-
raat! Situatie die schade aan voorwerpen
tot gevolg kan hebben.
Aanwijzing: Informatie, die voor een beter
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Tuinpomp
begrip van de processen wordt gegeven.
Voor uw veiligheid
Algemene veiligheidsaanwijzingen
• Voor een veilige omgang met dit apparaat moet
de gebruiker van dit apparaat deze gebruiksaan-
wijzing voor het eerste gebruik gelezen en begre-
pen hebben.
• Neem altijd alle veiligheidsaanwijzingen in acht!
Wanneer u de veiligheidsaanwijzingen niet in
acht neemt, brengt u uzelf en anderen in gevaar.
• De gebruiksaanwijzing altijd onder handbereik
bewaren.
• Wanneer u het apparaat doorverkoopt of weg-
geeft, moet u deze gebruiksaanwijzing absoluut
meegeven.
• Het apparaat mag alleen dan worden gebruikt,
wanneer dit perfect in orde is. Wanneer het appa-
raat of een deel daarvan defect is, moet dit door
een vakkundige hersteller worden gerepareerd.
• Gebruik het apparaat niet in explosiegevaarlijke
ruimtes of in de buurt van brandbare vloeistoffen
of gassen!
• Het uitgeschakelde apparaat altijd tegen onbe-
doeld opnieuw inschakelen beveiligen.
• Gebruik geen apparaten waarbij de aan-uitscha-
kelaar niet perfect werkt.
• Houd kinderen uit de buurt van het apparaat!
Bewaar het apparaat buiten het bereik van kinde-
ren en onbevoegden.
• Overbelast het apparaat niet. Gebruik het appa-
raat uitsluitend voor doeleinden, waarvoor het
bedoeld is.
• Altijd voorzichtig en uitsluitend in goede conditie
werken: bij vermoeidheid, ziekte, gebruik van
alcohol, medicijnen en drugs kunt u het apparaat
niet meer veilig gebruiken.
• Dit toestel mag niet worden gebruikt door perso-
nen (inclusief kinderen) met gereduceerde fysi-
sche, sensorische en geestelijke vaardigheden,
of gebrek aan ervaring en kennis, hetzij, dat zij
samen onder toezicht van een voor hun veilig-
heid verantwoordelijke persoon het toestel
gebruiken.
• Zorg ervoor, dat kinderen niet met het toestel
spelen.
• Neem altijd de geldige nationale en internatio-
nale veiligheids-, gezondheids- en arbeidsvoor-
schriften in acht.
Elektrische veiligheid
• Het apparaat mag uitsluitend op een stopcontact
met naar behoren geïnstalleerd beschermcon-
tact aangesloten worden.
• De beveiliging moet met een aardlekschakelaar
(FI-schakelaar) met een lekstroom van niet meer
dan 30 mA gebeuren.
• Voor het aansluiten van het apparaat moet gega-
randeerd zijn, dat de netaansluiting overeenkomt
met de aansluitgegevens van het apparaat.
• Het apparaat mag uitsluitend binnen de aange-
geven grenzen voor spanning, vermogen en
nominaal toerental gebruikt worden (zie type-
plaatje).
NL
67