Gedrag Bij Netspanningsuitval/ Gangreserve; Schemerfunctie - merten 5800 Gebrauchsanleitung

Gedrag bij netspanningsuitval/gangreserve
Gebruiksvoorbeelden voor de In de zomermaanden daarentegen, als
astrofunctie de daadwerkelijke zonsopgang voor
6:30 uur ligt, treedt de astrofunctie niet
Voorbeeld 1:
in werking, de verlichting wordt om
6:30 uur uitgeschakeld. Hetzelfde geldt
De verlichting dient dagelijks bij
voor de inschakeltijd.
zonsopgang uit te schakelen:
– Schakeltijd 1: ma-zo (Mo-So) 04:00
Voorbeeld 3:
uitschakelen, astrofunctie aan
De verlichting moet 's ochtends precies
en bij zonsondergang in te schakelen:
om 6:30 uur uitgaan:
– Schakeltijd 2: ma-zo (Mo-So) 16:00
– Schakeltijd 1: ma-zo (Mo-So) 06:30
uur inschakelen, astrofunctie aan
en 's avonds altijd bij zonsondergang
Voorbeeld 2:
aangaan:
De verlichting dient 's ochtends bij
– Schakeltijd 2: ma-zo (Mo-So) 16:00
zonsopgang uit te schakelen, als deze
in de winter voor 6:30 uur plaatsvindt,
|
maar op z'n laatst om 6:30 uur:
– Schakeltijd 1: ma-zo (Mo-So) 06:30
uur uitschakelen, astrofunctie aan
en 's avonds op z'n vroegst om 19:10
uur in te schakelen of bij
zonsondergang, als deze in de winter
Gedrag bij netspanningsuitval/
na 19:10 uur plaatsvindt:
gangreserve
– Schakeltijd 2: ma-zo (Mo-So) 19:10
inschakelen, astrofunctie aan
Bij netspanningsuitval verschijnt even
In de wintermaanden, als het om 6:30
de weergave – – : – –, daarna valt de
uur buiten nog donker is, treedt de
weergave weg. Uw zelf ingestelde
astrofunctie in werking en schakelt de
schakeltijden, datum/tijd en andere
verlichting pas bij de daadwerkelijke
instellingen blijven gedurende een
zonsopgang uit. In de wintermaanden
periode van ca. 24 uur behouden
is het voor 19:10 uur al donker, de
(gangreserve, geen batterijen nodig).
astrofunctie schakelt de verlichting
reeds bij de daadwerkelijke
zonsondergang in.
uur uitschakelen, astrofunctie uit
uur inschakelen, astrofunctie aan
Aanwijzing: Als u een
inschakeltijdstip (zonder
astrofunctie) in de ochtenduren
instelt, moet dit in elk jaargetijde
altijd in het donker, dus voor 4:00
uur 's ochtends liggen.
59

Schemerfunctie

Als er weer netspanning is, wordt die |
schakeltijd van het actieve
programmageheugen [A] of [B]
uitgevoerd, die het dichtst voor het
tijdstip van de terugkeer van
netspanning ligt. Daardoor wordt de
verbuiker zo geschakeld zoals deze
volgens de ingestelde schakeltijden zou
moeten zijn. De laatste „gemiste"
schakeltijd wordt als het ware
ingehaald.
Voorbeeld:
Schakeltijd 3: 20:15 uur inschakelen, Als u de schemerfunctie hebt
netspanningsuitval: 20:10 uur, ingeschakeld (maansymbool
terugkeer van de netspanning: 20:20 verschijnt op het display), wordt deze
uur: twee uur voor de berekende
Schakeltijd 3 wordt uitgevoerd, de zonsondergang (zie „Astrofunctie" ,
verlichting gaat aan. pag. 57) automatisch geactiveerd. De
Als de netspanningsuitval langer dan tijdschakelklok vergelijkt dan
24 uur duurt, gaan uw zelf ingestelde voortdurend de door de sensor
schakeltijden, datum/tijd en andere gemeten helderheidswaarde met de
instellingen verloren, deze moeten ingestelde schemerwaarde.
opnieuw ingesteld worden. De
Zodra de ingestelde schemerwaarde
tijdschakelklok wordt bij
onderschreden wordt, knippert het
herinbedrijfstelling automatisch
maansymbool op het display. Als de
teruggezet op de standaardwaarden.
schemerwaarde ca. 4 min
onderschreden wordt, gaat de
Schemerfunctie
verlichting aan. Deze vertraging
Alleen voor tijdschakelklok met
voorkomt dat de verlichting bij
sensoraansluiting, in combinatie met
kortdurende
zonne-/schemersensor 580691.
helderheidsschommelingen (bijv. door
Na het aanbrengen van de zonne-/
schaduw of wolken) ingeschakeld
schemersensor op het raam kunt u de
wordt.
schemerfunctie van de tijdschakelklok
Het uitschakelen van de verlichting
gebruiken. Plaats de sensor daarvoor
gebeurt niet via de schemerfunctie,
op het raam en stel de gewenste
maar uitsluitend handmatig of
schemerwaarde in (zie
automatisch via een schakeltijd.
„Schemerfunctie instellen" , pag. 74).
60
Aanwijzing: De schemerfunctie
is alleen actief als er een
programmageheugen [A] of [B]
actief is (zie
„Programmageheugen
activeren" , pag. 61). Daarnaast
moet voor elke dag waarop de
schemerfunctie actief moet zijn,
een inschakeltijd met
astrofunctie opgeslagen zijn
(bijv. ma-zo (Mo-So) 21:00 uur
inschakelen, astrofunctie aan).