TOPRO Troja 2G Premium Bedienungsanleitung Seite 48

E. Remmen
Stoppen en parkeren
De remmen kunt u gebruiken als u af wilt remmen tijdens het lopen of
als parkeerrem.
Remmen tijdens lopen (1): De rem wordt gebruikt om snelheid te ver-
minderen wanneer u de TOPRO Troja 2G duwt. Om de rem te active-
1
ren dient u de remhendel op te tillen, de rem zal onmiddellijk worden
geactiveerd. Wanneer u de remhendel los laat kunt u de TOPRO
Troja 2G weer voortduwen. U dient de remmen tijdens het lopen niet
blijvend in te drukken. Dit veroorzaakt schade aan de wielen, deze
schade valt niet onder de garantie.
Parkeerrem (2): De parkeerrem wordt gebruikt wanneer de TOPRO
Troja 2G geparkeerd wordt voor korte of lange tijd, bijvoorbeeld
wanneer u tijdens een wandeling wilt uitrusten op de zitting. Het is ver-
standig de parkeerrem in zulke situaties te gebruiken. Om de parkeer-
rem te activeren dient u de remhendel aan beide kanten naar bene-
den te duwen. U kunt de rollator van de parkeerrem halen door de
2
remhendels weer naar boven te trekken.
S
F. Het aanpassen / controleren en onderhoud van de
2
remmen
1
Maak de moer los (1). De remmen kunnen gesteld worden door
schroef (2) aan te draaien. Stel de remblokken (3) zo dicht mogeljik
bij de trommel en draai de moer (1) vast. Laat het wiel draaien om te
controleren dat de remblok het wiel niet raakt.
3
De remblokken en veren dienen regelmatig schoon gemaakt te worden
voor optimaal gebruik.
De wielen en de remmen kunnen worden vervangen als ze versleten
of beschadigd zijn.
G. Afneembare wielen "TOPRO Quick Release"
Geschikte wielen voor elke oppervlakte
Volg deze instructies als u de wielen wilt demonteren voor transport of
vervanging.
Verwijderen: Let op dat de TOPRO Troja 2G niet op de parkeerrem staat.
1
Druk op de rode knop bij de naaf (1). Schuif het wiel van de as terwijl u de
knop ingedrukt houdt.
Monteren: Druk op de rode knop bij de naaf. Schuif het wiel over de as
2
terwijl u de knop ingedrukt houdt (1). Schuif het wiel zo ver mogelijk over
de as (2). Laat de rode knop los om het wiel in de as te laten schieten.
Het wiel zit vast als de as volledig zichtbaar is en er geen rode tekens
meer zichtbaar zijn in de naaf (3). De rode knop dient nu terug gescho-
ten te zijn. Controleer of de wielen vastzitten door de rollator voorzichtig
zijwaarts te kantelen.
Let op: de voor- en achterwielen zijn verschillend. De achterwielen heb-
3
ben aan de binnenzijde een ring voor het remsysteem.
Zorg ervoor dat u de remhendel opnieuw bevestigd nadat er nieuwe
wielen zijn gemonteerd aan de rollator. Controleer of de remfuncties
goed werken (zie pagina 46, punt F).
Vanwege het nieuwe inwendige remsysteem, zijn er nu ook offroad wielen en
banden met spikes als extra optie verkrijgbaar. Dit is mogelijk omdat de rolla-
tor remt aan de binnenkant van de velg in plaats van op het wieloppervlak.
46