Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Cebora POWER PLASMA 3100 Betriebsanleitung Seite 41

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 10
Voor het snijden van geperforeerde platen of roosters
moet de functie
"Pilot self restart" worden geactiveerd
met de knop P (led O brandt).
Aan het einde van het snijden zal de hoogfrequentboog
automatisch opnieuw ontstoken worden, als de knop
ingedrukt gehouden wordt.
Gebruik deze functie alleen als dat noodzakelijk is, om te
voorkomen dat de elektrode en de snijhuls onnodig slij-
ten.
Als er gaten moeten worden gemaakt of als de snede
moet worden gemaakt vanuit het midden van een werk-
stuk, moet de snijtoorts schuin gehouden worden en
langzaam recht worden geplaatst, zodat het gesmolten
materiaal niet op het mondstuk terechtkomt (zie fig.2). Dit
is nodig bij het doorboren van werkstukken die dikker zijn
dan 3 mm.
Indien u door meerdere lagen metaal moet snijden, wat
normaal het geval is bij carrosseriewerken, moet u de
snijstroom instellen op de minimumwaarden.
Voor stroomwaarden tussen 5 en 10 A kan het handig zijn
de inlaatdruk in te stellen op ongeveer 2 bar.
Zet het apparaat uit nadat het werk beëindigd is.
3.1 VERVANGING VAN DE AAN SLIJTAGE ONDERHE-
VIGE ONDERDELEN
Schakel het apparaat altijd uit, voordat u de aan slijtage
onderhevige onderdelen gaat vervangen.
• De elektrode moet worden vervangen als hij op de voor-
kant een gat heeft van ongeveer 1 mm.
• De snijhuls moet worden vervangen wanneer het gat
niet egaal rond meer is, en het snijvermogen afneemt.
• De isolatiering moet worden vervangen als hij op som-
mige plekken zwart geworden is. Vanwege de kleine
afmetingen is het heel belangrijk dat de ring goed gericht
wordt tijdens de
montage (zie afb. 4).
fig.3
• De snijhulshouder moet worden vervangen wanneer het
isolerende gedeelte beschadigd is
Controleer of de elektrode T, de isolatiering U en de snij-
huls V correct gemonteerd zijn, en of de snijhulshouder W
goed vastgeschroefd zit.
Is dat niet het geval, dan kan dat de werking van het
apparaat, en in het bijzonder ook de veiligheid van de
bediener, in gevaar brengen.
4 SNIJPROBLEMEN
4.1 SLECHTE PENETRATIE
Dit kan worden veroorzaakt door de volgende factoren:
• de snijsnelheid is te hoog.
altijd in het te snijden werkstuk doordringt en in de bewe-
gingsrichting hooguit een schuine stand van 10 -15 aan-
neemt. Zo wordt voorkomen dat het snijmondstuk ver-
keerd wordt gebruikt en dat er brandplekken op de snij-
hulshouder ontstaan.
• het werkstuk is te dik (zie de schema's voorsnijsnel-
heden, fig. 5)
Fig. 5
• de massaklem maakt geen goed elektrisch contact met
het werkstuk.
• het snijmondstuk en de elektrode zijn versleten.
• de snijstroomsterkte is te laag.
N.B. : Als de boog niet goed doordringt, kan metaalslak
de opening van het mondstuk verstoppen.
4.2 DE BOOG GAAT UIT
fig. 4
Dit kan worden veroorzaakt door de volgende factoren:
• het mondstuk, de elektrode of de luchtverdeler is ver-
sleten.
• de luchtdruk is te hoog
• de voortloopsnelheid is te laag
4.3 BEPERKTE LEVENSDUUR VAN DE AAN SLIJTAGE
ONDERHEVIGE ONDERDELEN
Dit kan worden veroorzaakt door de volgende factoren:
• olie of vuil in de luchttoevoer,
• onnodig lange hoogfrequentboog,
• te lage luchtdruk.
Zorg ervoor dat de boog
41

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis