Zuigcondities; Elektrische Aansluiting - Grundfos MTH series Montage- Und Betriebsanleitung

2.3 Zuigcondities

De onderkant van de pompzeef moet zich ten minste
25 mm boven de bodem van de tank bevinden. Zie
afb. 6 of 7.
MTH pompen moeten verticaal worden geïnstalleerd
en het aftapgat in de motorstoel moet toegang heb-
ben tot de tank.
De pompen zijn ontworpen om vol vermogen te leve-
ren tot een niveau van A mm boven de onderkant
van de zeef.
Bij een vloeistofniveau tussen A en B mm boven de
onderkant van de zeef, beschermt de ingebouwde
priming schroef de pomp tegen droogloop.
Pomptype
MTH 2, 4 en 8
MTH 10 en 15
Afb. 6 MTH 2, 4 en 8
Afb. 7 MTH 10 en 15
A [mm] B [mm]
37 25
40 28
A
B
25mm
A
B
25mm

2.4 Elektrische aansluiting

WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
- Voordat u met werkzaamheden aan het
product begint, dient u er zeker van te
zijn dat de elektriciteitstoevoer is uitge-
schakeld en niet per ongeluk kan wor-
den ingeschakeld. Sluit de pomp aan op
een externe netschakelaar die dicht bij
de pomp is geplaatst en op een motor-
beveiliging of een CUE-frequentieom-
vormer.
- Zorg ervoor dat u de hoofdschakelaar in
de stand UIT (geïsoleerd) kunt zetten.
Type en eisen zoals gespecificeerd in
EN 60204-1, 5.3.2.
De bedrijfsspanning en -frequentie staan vermeld op
het typeplaatje van de motor. Controleer of de motor
geschikt is voor de voedingsspanning die aanwezig
is op de installatielocatie.
De tolerantie in de voedingsspanning voor MG moto-
ren, gemeten aan de motorklemmen, moet ± 10 %
van de nominale spanning gedurende continu bedrijf
bedragen (variaties in de voedingsspannning en
kabelverliezen inbegrepen).
De elektrische installatie dient door een erkend
installateur te worden uitgevoerd in overeenstem-
ming met de lokale regelgeving.
Het bedradingsschema is te vinden in het deksel van
de klemmenkast.
De klemmenkast van motoren met enkel toerental
bevat zes wikkelklemmen en ten minste één aard-
klem.
Eenfasemotor
Sluit eenfasemotoren op de netvoeding aan in over-
eenstemming met de instructies in het deksel van de
klemmenkast.
Driefasenmotor
Driefasenmotoren kunnen worden aangesloten via
ster- (Y) of driehoekaansluiting (D), overeenkomstig
IEC 60034-8. Zie het bedradingsschema in het dek-
sel van de klemmenkast.
Voltage en aansluiting staan vermeld op het type-
plaatje.
Voorbeeld: 220-240 V D / 380-415 V Y
• Als de voedingsspanning 220-240 V is, moet de
motor in driehoekvorm worden aangesloten.
• Als de voedingsspanning 380-415 V is, moet de
motor in stervorm worden aangesloten.
107