Pulsgever En Externe Veiligheidsinrichtingen - Novoferm NovoPort IV Handbuch

Installeren en montage
Nr. Klem Beschrijving
1 Overzicht van de toewijzing van de aansluitingen van het stuurapparaat
1 J Insteeksokkel voor radio-ontvanger
2 E Aansluiting voor antenne. Bij gebruik van een externe antenne moet de afscherming
links hiernaast op de klem (F) worden aangesloten.
3 F Aansluiting voor externe pulsgever (accessoire, bijv. sleutelschakelaar of
codeschakelaar)
4 G Aansluiting voor loopdeurcontact (accessoire) of noodstop
Via deze ingang wordt de aandrijving gestopt, resp. het opstarten onderdrukt.
(zie menu H)
5 G / H Aansluiting fotocel LS2 (bij gebruik van een andere fotocel de handleiding van de
fotocel raadplegen voor de klemaansluitposities)
6 I / H Aansluiting 4-draads fotocel (bijv. LS5)
Via deze ingang wordt de automatische richtingsomkering van de aandrijving tijdens
het sluiten geactiveerd.
7 I Aansluiting voor bijv. 24 V signaallamp (accessoire)
Voedingsspanning 24 V DC, max. 100 mA (geschakeld)
8 K Aansluiting voor externe, verlichting met dubbele isolatie of signaallamp
(beschermklasse II, max. 500 W) (accessoires)
9 F / I Voedingsspanning 24 V DC, max. 100 mA (permanent)
10 P Aansluiting voor Mobility-module (accessoires)
4.6.2

Pulsgever en externe veiligheidsinrichtingen

Bij hogere eisen aan persoonlijke bescherming, adviseren wij naast
de interne krachtbegrenzing van de aandrijving een 2-draads-fotocel
Informatie
te installeren. Het installeren van een 4-draads-fotocel dient puur voor
bescherming tegen materiële schade. Meer informatie over
accessoires kunt u vinden in onze documentatie of vraag hiernaar bij
uw vakman.
AANWIJZING
Vóór de eerste inbedrijfstelling, moet de aandrijving worden
gecontroleerd op een probleemloze en veilige werking (zie
hoofdstuk Onderhoud / controle, pagina 111).
91 NovoPort® IV