Gebruik volgens de voorschriften
▶ Gebruik het product uitsluitend voor het regelen van cv-in-
stallaties in ééngezinswoningen of appartementen.
Ieder ander gebruik is niet voorgeschreven. Daaruit resulteren-
de schade valt niet onder de fabrieksgarantie.
Installatie, inbedrijfstelling en onderhoud
Installatie, inbedrijfstelling en onderhoud mogen alleen door
een erkend installateur worden uitgevoerd.
▶ Gebruik alleen originele reserve-onderdelen.
Elektrotechnische werkzaamheden
Elektrotechnische werkzaamheden mogen alleen door elektro-
technici worden uitgevoerd.
▶ Voor elektrotechnische werkzaamheden:
– Schakel de netspanning (over alle polen) vrij en borg
deze tegen herinschakelen.
– Controleer de spanningsloosheid.
▶ Het product heeft verschillende spanningen nodig.
Sluit de laagspanningszijde niet aan op de netspanning en
omgekeerd.
▶ Respecteer de aansluitschema's van de overige installatie-
delen ook.
Overdracht aan de eigenaar
Instrueer de eigenaar bij de overdracht in de bediening en be-
drijfsomstandigheden van de cv-installatie.
▶ Leg de bediening uit – ga daarbij in het bijzonder in op alle
veiligheidsrelevante handelingen.
▶ Wijs erop, dat ombouw of herstellingen alleen door een er-
kend installateur mogen worden uitgevoerd.
▶ Wijs op de noodzaak tot inspectie en onderhoud voor een
veilig en milieuvriendelijk bedrijf.
▶ Geef de installatie- en bedieningshandleidingen aan de ei-
genaar in bewaring.
Schade door vorst
Wanneer de installatie niet in bedrijf is, kan deze bevriezen:
▶ Respecteer de instructies voor vorstbeveiliging.
▶ Laat de installatie altijd ingeschakeld, vanwege extra func-
ties zoals bijvoorbeeld warmwatervoorziening of blokkeer-
beveiliging.
▶ Eventueel optredende storing direct oplossen.
2
Gegevens betreffende het product
Deze installatiehandleiding heeft uitsluitend betrekking op de
combinatie met EMS plus en op het gebruik met de bedienings-
eenheid RC300.
Logamatic PM10 – 6 720 809 220 (2013/09)
Gegevens betreffende het product
Gebruik voor de combinatie met andere regelsystemen de be-
treffende handleiding. Bijvoorbeeld bij EMS die van de RC35.
De module breidt regeltechnisch het Energie-Management-Sy-
steem plus (EMS plus) uit in combinatie met de bedieningseen-
heid RC300, de module MM50 of MM100 (aansluiting van een
evenwichtsflessensor) en een evenwichtsfles.
•
De module is bedoeld voor de aansturing van een geregelde
pomp in het ketelcircuit van een ketel. De regeling van het
ketelcircuitdebiet is afhankelijk van het brandervermogen
of Δ-T.
•
De module is bedoeld voor de registratie van de tempera-
tuur aan een evenwichtsfles (optie). Het ketelcircuitdebiet
is afhankelijk van het temperatuurverschil tussen ketel- en
evenwichtsflestemperatuur (ΔT-regeling).
Onafhankelijk van het aantal andere BUS-deelnemers, is maxi-
maal een PM10 per ketel toegestaan. In een cascadesysteem is
een cascademodule en eventueel voor elke ketel een PM10 no-
dig. Voor het bedrijf van de functiemodule moet een even-
wichtsfles voor de ontkoppeling van het ketelcircuit van de
verbruikerscircuits worden uitgevoerd. Als alternatief kan ook
een systeemscheiding bijvoorbeeld via een platenwarmtewis-
selaar worden uigevoerd, dan is echter alleen de bedrijfsmodus
brandervermogen toegestaan (ΔT-regeling niet mogelijk).
Een installatievoorbeeld met twee gemengde cv-circuits is in
afb. 18 op pagina 48 weergegeven.
2.1
Belangrijke adviezen voor het gebruik
De module communiceert via een EMS interface met andere
EMS plus compatibel BUS-deelnemers. Gebruik de module al-
leen in combinatie met ketels van Buderus
(bijvoorbeeld GB312, GB402). De module PM10 is combi-
neerbaar met regelsysteem EMS (RC35) / EMS plus (RC300).
Bij CV-installaties, die met het regelsysteem
Logamatic 4000 worden gebruikt, heeft u de
bedieningseenheid RC300 alleen nodig voor
de inbedrijfname.
▶ De functionaliteit is afhankelijk van de geïnstalleerde be-
dieningseenheid. Meer informatie over de bedieningseen-
heden vindt u in in de catalogus, de planningsdocumenten
en de website van de fabrikant.
▶ De installatieruimte moet voor de beschermingklasse con-
form de technische gegevens van de module geschikt zijn.
2.2
Leveringsomvang
Afb. 1, pagina 42:
[1] Module
[2] Sensor aanvoertemperatuur
[3] Zak met trekontlastingen
[4] Installatiehandleiding
2
13