Pompkeuze; Installatie; Installatie In Een Ketel; Installatie Aan De Wand - Buderus Logamatic PM10 Installationsanleitung

Fabri-
kant Model Aansturing
Wilo Stratos IF-module Stratos Ext.uit
Grundfos Magna Afhankelijk van Magna
pomptype:
• GENI-Bus-module
MB Magna
• GENI-Bus-module
MB 40/60/100
Tabel 4 Voorbeelden voor geschikte pompen
Specificaties van de benodigde toebehoren voor de modulatie
en parametrering van de pompen vindt u in de catalogus.

2.5.2 Pompkeuze

De dimensionering van de ketelcircuitpomp heeft een directe
invloed op het besparingspotentieel van de functiemodule. Bij
een te groot gedimensioneerde pomp is het kleinst mogelijke
debiet in vergelijking met het ketelvermogen te groot. Daarom
is het van belang de pomp zo groot als nodig is te kiezen, maar
zo klein mogelijk. Hierna zijn 2 voorbeelden van de voor de
pompkeuze noodzakelijke ketelcircuitdebieten afhankelijk van
het vermogen van de ketel weergegeven. Behalve het vermo-
gen van de ketel heeft ook het temperatuurverschil (spreiding)
tussen de aanvoer en de retour invloed op het debiet. Om het-
zelfde vermogen over te dragen, moet bij een kleinere sprei-
ding meer water worden getransporteerd.
Debiet afhankelijk van het vermogen van de ketel
Een-
heid
kW 90
3
20 K m /h 3,9
l/s 1,1
3
15 K m /h 5,2
l/s 1,4
Tabel 5 Hulp bij de pompkeuze GB312
Debiet afhankelijk van het vermogen van de ketel
Eenheid
kW 320
3
20 K m /h 13,8
l/s 3,8
3
15 K m /h 18,3
l/s 5,1
Tabel 6 Hulp bij de pompkeuze GB402
Logamatic PM10 – 6 720 809 220 (2013/09)
Afstands-
bediening
IR-monitor
R100
Controller
120 160 200 240
5,2 6,9 8,6 10,3 12,0
1,4 1,9 2,4 2,9
6,9 9,2 11,5 13,8 16,0
1,9 2,5 3,2 3,8
395 470 545
17,0 20,2 23,4
4,7 5,6 6,5
22,9 27,2 31,6
6,4 7,6 8,8
3

Installatie

GEVAAR: Elektrocutiegevaar!
▶ Voor de montage van dit product: ketel en
▶ Voor de inbedrijfstelling: breng de afdek-
3.1

Installatie in een ketel

De installatieplaats kan afhankelijk van de ketel verschillen. Af-
hankelijk van de ketel kunnen maximaal twee modules in de ke-
tel worden geïntegreerd. Wanneer de installatie in een ketel
niet mogelijk is, installatie aan de wand uitvoeren.
▶ Respecteer de documentatie van de ketel.
▶ Neem de mantel van de ketel weg.
▶ Module installeren:
– Voorbeeld voor de installatie in een wandketel:
 afb. 4 en 5 op pagina 43
– Voorbeeld voor de installatie in een vloerstaande ketel:
 afb. 6 t/m 9 vanaf pagina 44
▶ Voer de elektrische aansluitingen uit conform deze handlei-
ding.
▶ Breng de mantel van de ketel aan.
3.2

Installatie aan de wand

 Afb. 10, 13 en 17 vanaf pagina 45
3.3 Installatie van de temperatuursensor (alleen
280
bij regeling via het temperatuurverschil)
De werking van de module is voor een belang-
3,3
rijk deel afhankelijk van de correcte montage
van de meegeleverde temperatuursensor.
4,5
▶ Installeer de temperatuursensor in een ½ "-dompelhuls in
de evenwichtsfles aan de cv-circuitzijde.
▶ Wanneer in de evenwichtsfles aan de cv-circuitzijde geen
½ "-dompelhuls aanwezig is, installeer dan de temperatuur-
sensor in de aanvoerleiding direct na de evenwichtsfles
( afb. 11 en 12 vanaf pagina 45).
620
26,7
7,4
35,9
10,0
Installatie
alle andere BUS-deelnemers over alle po-
len losmaken van de netspanning.
king aan ( afb. 9, pagina 45 of afb. 17,
pagina 47).
3
15