Hilti DX 76-PTR Bedienungsanleitung Seite 69

Transporteer de patronenstrook door het apparaat
verder te repeteren; maak de overige patronen van
de patronenstrook op. Verwijder de opgebruikte pa-
tronenstrook en doe dit op een zodanige wijze dat
hergebruik of oneigenlijk gebruik uitgesloten is.
7.2.1 Strook met bevestigingselementen in het
magazijn inbrengen 2
Schuif de strook met bevestigingselementen van bo-
venaf in het magazijn tot de ring van het laatste
element in het magazijn is ingeklikt.
7.2.2 Patroonkeuze 3
1. Bepaal de materiaaldikte en de staalvastheid van
de ondergrond.
2. Kies de geschikte patronen en de krachtinstelling
overeenkomstig het aanbevolen patroon.
AANWIJZING Zie voor een gedetailleerd patroon-
advies de betreffende goedkeuring of het Hilti
handboek voor directe bevestiging
7.2.3 Patronenstrook inbrengen 4
Schuif de patronenstrook helemaal in de patronenko-
ker aan de zijkant.
7.2.4 Bevestigen met het
magazijnindrijfapparaat 5
1. Druk het apparaat onder een rechte hoek op het
werkvlak.
2. Activeer het indrijven door de pal over te halen.
3. Als inleiding op de volgende indrijving dient u de
repeteergreep naar achteren en weer naar voren
te schuiven.
7.2.5 Controle en instelling van de
nagelpenetratie 3 6
AANWIJZING
Regel de kracht van het apparaat door aan het kracht-
regelingswiel te draaien. (Stand 1 = minimum; stand
4 = maximum)
1. Controleer met behulp van het kaliber de uit-
steekhoogte van de nagel.
2. Wanneer een bevestigingselement niet diep ge-
noeg is binnengedrongen, dient u de kracht te
verhogen. Stel de kracht een stand hoger in met
het krachtregelingswiel. Wanneer een bevesti-
gingselement te diep is binnengedrongen, dient
te worden nagegaan of de ondergrond bij deze
indrijving voorhanden is of dat er sprake is van
holle lagen. Corrigeer de constructie zodat de
plaat vlak tegen de ondergrond aanligt en er
geen of slechts geringe holle lagen zijn.
3. Drijf een bevestigingselement in.
4. Controleer met behulp van het kaliber de uit-
steekhoogte van de nagel.
5. Wanneer het bevestigingselement nog altijd niet
diep genoeg resp. te diep is binnengedrongen,
dient u stap 2 tot 4 te herhalen tot het diep genoeg
is ingedreven. Gebruik eventueel een sterker of
zwakker patroon.
7.3 Ontladen van het apparaat
7.3.1 Patronen uit het apparaat verwijderen 7
WAARSCHUWING
Probeer geen patronen met geweld uit de patronen-
strook of uit het apparaat te verwijderen.
1. Verschuif de patronenstrook door meerdere ma-
len te repeteren met de repeteergreep tot hij
zichtbaar wordt in de patronenuitlaatopening.
2. Trek de patronenstrook uit de patronenuitlaat-
opening.
7.3.2 Strook met bevestigingselementen uit het
magazijnindrijfapparaat verwijderen 8
WAARSCHUWING
Verzeker u ervan dat zich geen patronenstrook in het
apparaat bevindt. Als zich een patronenstrook in het
apparaat bevindt, dan de repeteergreep bedienen
tot de patroon zichtbaar is, daarna trekt u deze met
de hand uit de patronenuitgang.
nl
69