Stroombegrenzing „Imax" Instellen; Vermogenbegrenzing „Pmax" Instellen; Invoer Vergrendelen „Keylock - VOLTCRAFT 51 24 74 Bedienungsanleitung

Stroombegrenzing „Imax" instellen
De instelling van de stroombegrenzing verhindert dat er een te grote
stroom naar de aangesloten verbruiker wordt gestuurd.
• Voor de stroombegrenzing „Imax" worden weergegeven op de onderste
regel. Als dit niet het geval is, drukt u net zo vaak op de toets „Menu"(11),
tot deze functie zichtbaar wordt.
• Met de draairegelaar (3) stelt u de gewenste stroomgrens in. De ingestelde waarde kan als „Imax" op
de tweede regel van het display worden afgelezen.
• De toets „Select" (9) voor de functie „RST" leidt tot een terugplaatsen op de laatst opgeslagen waarde.
Als er geen waarde werd opgslagen (toets „OK" (10)), dan wordt de fabrieksinstelling hernomen. Indi-
catie „Restored".
• Met de toets „Select" (10) voor de functie „OK" slaat u de actuele waarde op. Indicatie „Saved".
• De toets „MENU" (11) schakelt naar de volgende instelfunctie.
Vermogenbegrenzing „Pmax" instellen
De instelling van de vermogenbegrenzing maakt de automatische naregeling mogelijk van „Imax"
(I = P/U) met betrekking tot de vooringestelde spanningsbegrenzing „Umax".
• Voor het instellen van de vermogenbegrenzing moet „Pmax" worden
weergegeven op de onderste regel. Als dit niet het geval is, drukt u net
zo vaak op de toets „Menu"(11), tot deze functie zichtbaar wordt.
• Met de draairegelaar (3) stelt u de gewenste vermogengrens in. De inge-
stelde waarde kan als „Pmax" op de derde regel van het display worden
afgelezen.
• De toets „Select" (9) voor de functie „RST" leidt tot een terugplaatsen op de laatst opgeslagen waarde.
Als er geen waarde werd opgslagen (toets „OK" (10)), dan wordt de fabrieksinstelling hernomen. Indi-
catie „Restored".
• Met de toets „Select" (10) voor de functie „OK" slaat u de actuele waarde op. Indicatie „Saved".
• De toets „MENU" (11) schakelt naar de volgende instelfunctie.
Invoer vergrendelen „Keylock"
De toetsen kunnen worden geblokkeerd om een onbedoelde inschakeling
te voorkomen. De vergrendeling omvat ook de instelregelaar (3).
• Voor het instellen van de invoervergrendeling moet „Keylock" worden
weergegeven op de onderste regel. Als dit niet het geval is, drukt u net
zo vaak op de toets „Menu"(11), tot deze functie zichtbaar wordt.
• Met de toets „Select" (10) voor de functie „OK" wordt de vergrendeling
ingeschakeld. Op het display verschijnt kort „Keyboard Locked"
53