Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

weinor WGM 2020 Design Montageanleitung Seite 21

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für WGM 2020 Design:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

WGM 2030/2020 Design
Feder
veer
Pict 5.32
Getriebe
aandrijving
Pict 5.33
• Seil um die Umlenkrolle der Vorspanngabel und um den
Seilblock der Feder legen (Pict 5.32).
• Seilklemmenummantelung (Netz) über ein Seil schieben.
• Beide Seilenden mit der beiliegenden Seilklemme, ungefähr in
der Mitte des Ausfallprofils verbinden (Pict 5.33).
• Vor dem Festklemmen Seil nochmals per Hand straff ziehen und
überprüfen, ob das Seil auf allen Umlenkrollen (Endkappe, Lauf-
wagen Vorspanngabel, Seilblock und Kopfplatte) liegt.
• Nach dem Verbinden der Seilenden das Netz über die Seilklemme
ziehen, mit den überstehenden Seilenden vor und hinter der
Seilklemme einen Knoten machen und das überstehende Seil
verstauen.
• Mit einem Feuerzeug die Seilenden verschmelzen.
• Danach die Federn mit dem Getriebe soweit entspannen, dass
das Vorspannband locker wird (nicht über den Spindelanschlag
drehen!).
• Vorspannband zerschneiden und entfernen.
• Federlänge mit dem Wert L1 (Aufkleber auf dem Ausfallprofil-
deckel (Pict 5.26)) vergleichen und notfalls mit dem Getriebe
nach- oder entspannen.
• Ausfallprofildeckel schließen und am Ausfallprofil verschrauben;
über 5 m Achsmaß wird ein Einlaufnocken oben mitgeliefert, er
ist zusammen mit dem Deckel in der Mitte am Ausfallprofil zu
verschrauben (Pict 5.34).
• Stopfen in das Getriebeloch stecken.
Seilblock
draadblok
Pict 5.34
Montageanleitung
Montagehandleiding
Seilklemme
draadklem
Vorspanngabel
voorspanvork
Umlenkrolle der Vorspanngabel
omlegrol van de voorspanvork
• Draad om de omlegrol van de voorspanvork en om het draad-
blok van de veer leggen (Pict 5.32).
• Ommanteling van de draadklem (net) over de draad schuiven.
• Beide uiteinden van de draad met de bijgeleverde draadklem,
ongeveer in het midden van het uitvalprofiel, met elkaar
verbinden (Pict 5.33).
• Voor het vastklemmen de draad nogmaals met de hand strak
trekken en controleren of de draad op alle omlegrollen (eind-
kap, loopwagen, voorspanvork, draadblok en kopplaat) ligt.
• Nadat de uiteinden van de draad met elkaar verbonden zijn,
het net over de draadklem trekken, met de uitstekende uit-
einden van de draad voor en achter de draadklem een knoop
maken en de uitstekende draad wegstoppen.
• Met een aansteker de uiteinden van de draad dichtsmelten.
• Daarna de veren met de aandrijving zover ontspannen, dat de
voorspanband los wordt (niet over de aanslag van de spil
draaien!)
• Voorspanband stuk snijden en verwijderen.
• Veerlengte met de waarde L1 (sticker op het deksel van het
uitvalprofiel (Pict 5.26)) vergelijken en indien nodig met de
aandrijving bij- of ontspannen.
• Deksel van het uitvalprofiel sluiten en aan het uitvalprofiel vast-
schroeven. Boven 5 m asmaat wordt een inloopnok voor boven
bijgeleverd. Deze dient samen met het deksel in het midden aan
het uitvalprofiel vastgeschroefd te worden (Pict 5.34).
• Stop in het gat van de aandrijving steken.
21
Der Einlaufnocken oben wird bei WGMs
mit einem Achsmaß von 5 m mitgeliefert.
Er ist nach dem Schließen des Ausfallpro-
fildeckels in der Mitte des Ausfallprofils
an den Deckel zu schrauben. Der Einlauf-
nocken und die Schraubeliegen im Bei-
pack. Das Loch im Ausfallprofildeckel ist
bereits vorhanden.
De inloopnok boven wordt bij de WGM's
met een asmaat van 5 m meegeleverd.
Deze dient na het sluiten van het deksel
van het uitvalprofiel in het midden van
het uitvalprofiel op de deksel geschroefd
te worden. De inloopnok en de schroef
worden in extra verpakking bijgeleverd.
Het gat in het deksel van het uitvalprofiel
is al voorgeboord.

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Wgm 2030 design

Inhaltsverzeichnis