Werbung
Die mit „SN" gekennzeichnete Buchse ist die „Send" Buchse, an dieser Buchse wird
das Mischpultsignal ausgegeben. Über die mit „RT" gekennzeichnete Buchse kann
das mit dem Effektgerät bearbeitete Signal wieder in das Mischpult eingeschleift wer-
den.
Der Pegel des Send Signals ist abhängig von der Einstellung der einzelnen Effektreg-
ler (7) der Kanäle und von der Einstellung des Haupt-Send-Reglers (14).
Der Pegel des Return Signals ist abhängig von der Einstellung des Haupt-Effekt-
RETURN-Reglers (29). Das RETURN Signal wird direkt auf der MASTER Gruppe aus-
gegeben.
(38) Equalizer Eingangs- / Ausgangsbuchsen
Diese Buchsen erlauben das Einschleifen eines externen Equalizers. An der mit „EQ
OUT" gekennzeichneten Buchse liegt das MASTER-Mischpultsignal an. Über die mit
„EQ IN" gekennzeichnete Buchse wird das über den Equalizer bearbeitete Signal wie-
der in das Mischpult eingeschleift. Das eingeschleifte Signal liegt an der MASTER,
SUB1 und SUB2 Gruppe an.
(39) REC1 und REC2 Ausgangsbuchsen
Anschlußbuchsen für ein Aufnahmegerät. An den Buchsen liegt das MASTER Aus-
gangssignal an.
Die Buchsen sind mit REC1 (Aufnahmeausgang1) und REC2 (Aufnahmeausgang2)
gekennzeichnet. An den mit „L" gekennzeichneten Buchsen liegt das Signal des lin-
ken Ausgangs an, an den mit „R" gekennzeichneten Buchsen liegt das rechte Aus-
gangssignal an.
Die Buchsen sind für den Anschluß an den Cincheingang z.B. eines Cassettendecks
geeignet.
(40) MON1 und MON2 Ausgangsbuchsen
An diese Buchsen kann ein externer Monitorverstärker angeschlossen werden. Das
Monitorsignal wird durch den Monitor-Fader (20) und die Monitor-Einstellregler (6) des
jeweiligen Kanals beeinflußt.
Es stehen 2 Monitorausgänge, MON1 und MON2, zur Verfügung. An den mit „L"
gekennzeichneten Monitorbuchsen liegt das Signal des linken Monitorausgangs an,
an den mit „R" gekennzeichneten Buchsen liegt das rechte Monitorausgangssignal
an.
(41) SUB1 und SUB2 Ausgangsbuchsen
An diese Buchsen kann ein externer Verstärker angeschlossen werden. Das Signal der
SUB1 und SUB2 Ausgänge wird durch den Sub1 Fader (21), bzw. SUB2 Fader (22)
geregelt.
An den mit „L" gekennzeichneten Buchsen liegt das Signal des linken Ausgangs an,
an den mit „R" gekennzeichneten Buchsen liegt das rechte Ausgangssignal an.
(42) MAST1 und MAST2 Ausgangsbuchsen
An diese Buchsen kann ein externer Verstärker angeschlossen werden. Das MASTER-
Signal wird durch die MASTER-Fader (24) und (25) geregelt.
14
Zorg ervoor dat vóór de aansluiting van het apparaat de netstekker
is uitgenomen en alle GAIN-/niveauregelaars (2) op de minimum-
stand zijn gedraaid (naar linker aanslag gedraaid). Schakel vóór de
aansluiting van het apparaat alle andere apparaten uit die met het
mengpaneel worden moeten verbonden.
Kabels zijn belangrijke verbindingselementen in de installatie,
gebruik daarom hoogwaardige, degelijke kabels met hoogwaardige
stekkers. Leg de in- en uitgangskabel van het mengpaneel niet
rechtstreeks naast netsnoeren, kruis deze kabels zo nodig in een
rechte hoek om het gevaar van interferentie zo klein mogelijk te
houden.
In principe moeten de in- en uitgangen van het aangesloten apparaat identiek zijn aan
de in- en uitgangen van het mengpaneel. Dat wil zeggen dat er bijv. op de XLR-aans-
luitingen van het mengpaneel alleen maar apparaten met XLR-aansluiting moeten
worden aangesloten.
Aansluiting van de ingangen
LINE ingangen (35)
Asymmetrische 6,3mm mono-klinkstekker-ingangen. Sluit op deze ingangen uw sig-
naalbronnen aan, bijv. tuner, cassettedeck of CD-speler, er kunnen ook instrumenten
als gitaar, keyboard etc. op worden aangesloten. De apparaten moeten op het meng-
paneel worden aangesloten via de uitgang die het signaal in LINE-niveau levert.
Om een signaalbron met stereo-uitgang aan te sluiten, hebt u 2 mengpaneelingangen
nodig. Op het eerste kanaal komt het rechter, op het tweede kanaal het linker signaal.
Draai de PANPOT regelaar (8) van het eerste kanaal op stand „R" en de PANPOT van
het tweede kanaal op stand „L".
Configuratie aansluitingen:
Klinkstekker:
uiteinde (TIP) = plus (HOT)
schacht = massa
MIC BALANCE ingangen (35)
Symmetrische XLR-ingangen t.b.v. de aansluiting op microfoons. Sluit hierop uitslui-
tend microfoons aan die geen fantoomvoeding nodig hebben.
De microfoons moeten beschikken over een lage impedantie (600 Ohm).
87
Werbung
Kapitel
