Kleine Storingen Zelf Verhelpen - Gaggenau RC 282 Gebrauchsanleitung

Kleine storingen zelf verhelpen

Voordat u de hulp van de Servicedienst inroept:
Controleer eerst of u aan de hand van de volgende punten de storing kunt verhelpen.
Als u om een monteur vraagt, en het blijkt dat hij alleen maar een advies (bijv. over de bediening of
het onderhoud van het apparaat) hoeft te geven om de storing te verhelpen, dan moet u, ook in de garantietijd,
de volledige kosten van dat bezoek betalen!
Storing
De temperatuur wijkt erg af
van de instelling.
Geen enkele indicatie brandt. Stroomuitval; de zekering is
De verlichting functioneert
niet.
De bodem van de koelruimte
is nat.
In de koelruimte is het te
koud.
De koelmachine wordt steeds
vaker en langer ingeschakeld.
Het apparaat koelt niet,
de temperatuurindicatie en
de verlichting branden.
x
80
Eventuele oorzaak
uitgeschakeld; de stekker zit niet goed
in het stopcontact.
De LED verlichting is kapot.
De deur stond te lang open.
De verlichting wordt na ca. 10 minuten
uitgeschakeld.
De dooiwatergoot of het afvoergat is
verstopt.
De temperatuur is te koud ingesteld.
De deur van het apparaat werd te vaak
geopend.
De be en ontluchtingsopeningen zijn
afgedekt.
Bij het inladen van grotere
hoeveelheden verse levensmiddelen.
Het presentatielicht is ingeschakeld.
Oplossing
In sommige gevallen is het voldoende om
het apparaat gedurende 5 minuten uit te schakelen.
Als de temperatuur te warm is: na enkele uren
controleren of de temperatuur
de temperatuurinstelling genaderd is.
Als de temperatuur te koud is: de volgende dag
de temperatuur nogmaals controleren.
Stekker in het stopcontact steken. Controleer of er
stroom is. Controleer de zekeringen.
Zie hoofdstuk „Verlichting (LED)".
Na het sluiten en openen van de deur brandt
de verlichting weer.
Het dooiwatergootje en het afvoergaatje
schoonmaken (zie „Schoonmaken van het
apparaat").
Temperatuur warmer instellen.
Deur van het apparaat niet onnodig openen.
Afdekkingen verwijderen.
Snelkoelen inschakelen (zie het hoofdstuk
Snelkoelen).
Apparaat-zelftest starten (zie het hoofdstuk „Zelftest
apparaat").
Na afloop van het programma schakelt het apparaat
weer over op het normale gebruik.