Herunterladen Diese Seite drucken

Inbouwhandleiding; Gebruiksdoel; Voorschriften; Plaatskeuze - Truma Saphir compact Gebrauchsanweisung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Saphir compact:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 3

Inbouwhandleiding

Inbouw en reparatie van het appa-
raat mogen alleen door geschoold
personeel worden uitgevoerd. Vóór
aanvang van de werkzaamheden de
montagehandleiding zorgvuldig doorle-
zen en opvolgen!

Gebruiksdoel

Dit apparaat is geconstrueerd voor de inbouw in campers en
caravans en bedoeld voor particulier gebruik.

Voorschriften

Vrijwarings- en garantieclaims vervallen en aansprakelijk-
heidseisen worden uitgesloten met name in onderstaande
gevallen:
– wijzigingen aan het apparaat (inclusief accessoires),
– gebruik van andere dan originele Truma-onderdelen als re-
serveonderdelen en accessoires,
– het niet opvolgen van de inbouwhandleiding en de
gebruiksaanwijzing.

Plaatskeuze

Bouw het apparaat in principe zo in dat het voor onderhouds-
werkzaamheden te allen tijde goed toegankelijk is en gemak-
kelijk kan worden in- en uitgebouwd.
De lengte van de 2 aansluitkabels (stroom- en IR-ont-
vangerkabel) moet in krappe inbouwsituaties zo worden
gekozen dat de installatie er met aangesloten kabels uitge-
trokken kan worden en het deksel kan worden geopend.
790 mm
290 mm
200 mm
Afbeelding 14
Om een gelijkmatige koeling van het voertuig te bereiken,
moet het airconditioningsysteem centraal in een bergruim-
te of dergelijke zodanig worden gemonteerd dat de koude lucht
gelijkmatig in de caravan of de camper wordt verdeeld.
Het airconditioningsysteem wordt op de vloer gemonteerd,
deze moet vlak en glad zijn. Eventueel moeten bijv. bij gerib-
belde bodems de luchtinlaat (LE), de luchtuitlaat (LA) en het
aansluitmonden (11) worden voorzien van extra afdichtingen.
De te koelen binnenlucht wordt via openingen met een totale
oppervlakte van min. 300 cm² door het apparaat vanuit de
binnenruimte van het voertuig weer aangezogen.
De gecirculeerde lucht wordt tijdens het gebruik van
het apparaat gereinigd en gedroogd. Daarom moet bij
montage in extern liggende bergruimten (bijv. een dubbele
vloer) door middel van geschikte maatregelen worden gega-
randeerd dat de te koelen lucht vanuit de binnenruimte van
het voertuig wordt aangezogen. De aanzuiging van buiten-
lucht kan de werking van het airconditioningsysteem sterk
negatief beïnvloeden.
Plaats het apparaat indien mogelijk zodanig dat het chassis
van het voertuig zich tussen de luchtinlaat (LE) en de luchtuit-
laat (LA) bevindt.
Leg de inbouwsjabloon in de voor de inbouw bedoelde berg-
ruimte en controleer of de plaatsen voor de vloeropeningen
vrij zijn. Het airconditioningsysteem moet aan de zijkant een
minimale afstand van 20 mm en aan de achterkant 30 mm
tot wanden en meubelstukken hebben om geluidsoverdracht
tijdens het gebruik te voorkomen. Aan de voorkant bedraagt
de minimale afstand 200 mm om het vervangen van het plui-
zen- / pollenfilter mogelijk te maken.
of dergelijke worden afgedekt! Ze mogen niet binnen het spatbe-
reik van de wielen liggen, eventueel een spatvanger aanbrengen.

Inbouw van het airconditioningsysteem

Leg de inbouwsjabloon in de bergruimte en zet hem vast.
De bevestigingsgaten voor de 2 hoeksteunen (2 – HW) en
voor de 2 bevestigingsstrips opzij (3) markeren.
30 mm
20 mm
Afbeelding 15
440 mm
Markeer de vloeropening „LE" voor de toevoer van
lucht, „LA" voor de afvoer van lucht en „KO" voor de
condenswaterafvoer.
20 mm
Verwijder de sjabloon en zaag de aangetekende vloeropenin-
gen eruit.
Vóór het boren altijd op erachter liggende of verborgen
gelegde kabels, gasleidingen, chassisdelen of dergelijke
letten!
Vervolgens de snijkanten van de openingen in de voertuig-
vloer met tectyl behandelen.
De 2 bevestigingsstrips opzij (3) met elk 2 schroeven en de
2 hoeksteunen (2 – HW – pootje moet naar buiten wijzen!)
met elk 3 schroeven vastzetten.
De aansluitmond (11) voor de condenswaterafvoer (KO) van
bovenaf aanbrengen.
De aansluitmond (11) voor de condenswaterafvoer van onde-
ren rondom met carrosseriekit afdichten.
De openingen in de voertuigbodem moeten vrij toeganke-
lijk zijn en mogen niet door erachter liggende chassisdelen
11
Ø 50 mm
KO
KO
2
1
3
2
3
LA
LE
5
55

Quicklinks ausblenden:

Werbung

loading