Controlelampje
Het controlelampje geeft bedrijfstoestan-
den (groen) en storingen (rood) aan.
Terugstellen:
Apparaatschakelaar op „0" stellen.
Kort wachten.
Apparaatschakelaar op "I" zetten.
Bedrijfstoestandenindicatie
Lampje brandt continu groen:
–
apparaat is bedrijfsklaar.
1 keer knipperen groen:
–
bedrijfsklaarheid na 30 minuten afgelopen.
Het apparaat is na 30 minuten continue
werking uitgeschakeld (veiligheid bij
opengebarsten hogedrukslang).
Storingsindicatie
1 keer knipperen rood:
–
hogedrukkant ondicht.
Hogedrukslang, slangverbindingen en
handspuitpistool op dichtheid controleren.
2 keer knipperen rood:
–
motor te heet.
Apparaatschakelaar op „0" stellen.
Apparaat laten afkoelen.
Apparaatschakelaar op „I" stellen.
3 keer knipperen rood:
–
Fout in de spanningtoevoer.
Netaansluiting en netzekeringen con-
troleren.
4 keer knipperen rood:
–
Stroomopname te groot.
Klantendienst raadplegen.
Apparaat draait niet
bedrijfsklaarheid is afgelopen. Contro-
lelampje knippert groen. Apparaat uit-
en opnieuw inschakelen.
Aansluitkabel controleren op schade.
Bij een elektrisch defect moet de klan-
tendienst geraadpleegd worden.
Apparaat komt niet op druk
Sproeier op „Hogedruk" stellen.
Sproeier reinigen/vervangen.
Fijn filter reinigen, zo nodig vernieuwen.
Apparaat ontluchten (zie „Inbedrijfstel-
ling").
Watertoevoerhoeveelheid controleren
(zie Technische gegevens).
Alle toevoerleidingen naar de pomp
controleren.
Indien nodig de klantendienst raadple-
gen.
3 druppels water per minuut zijn toegelaten
en kunnen ontsnappen aan de onderkant
van het apparaat. Bij sterkere ondichtheid
de klantendienst raadplegen.
Bij sterkere ondichtheid het apparaat
door de klantendienst laten controleren.
Zuigleidingen voor water en reinigings-
middel controleren op ondichtheid.
Apparaat ontluchten (zie „Inbedrijfstel-
ling").
Fijn filter reinigen.
Indien nodig de klantendienst raadple-
gen.
Reinigingsmiddel wordt niet
Sproeier op „CHEM" stellen.
Reinigingsmiddel-zuigslang met filter
controleren/reinigen.
Terugslagklep in de aansluiting van de
reinigingsmiddel-zuigslang reinigen/
vervangen.
Reinigingsmiddel-doseerapparaat ope-
nen of controleren/reinigen.
Ontluchtingsopening van het reini-
gingsmiddelreservoir in de behuizing
reinigen.
Indien nodig de klantendienst raadple-
gen.
– 8
NL
Pomp ondicht
Pomp klopt
aangezogen
55