VOLTCRAFT 1340000 Bedienungsanleitung Seite 41

• Kies aan het voor het laden van een accu bedoeld laadkanaal
met de „Mode"-toets (afbeelding 2, pos. 1) het voor het laden
bedoelde laadprogramma.
Als de LED voor het motorfietssymbool (afbeelding 2, pos. 2)
brandt, wordt max. 0,8 A laadstroom aan de accu geleverd.
Deze instelling moet voor accu's van 1,2 Ah tot max. 14 Ah
gebruikt worden (bijv. motorfietsaccu's van de types van loodgel,
loodzuur of loodvlies). De laadspanning bedraagt 14,4 v.
Als de LED voor het auto-symbool (afbeelding 2, pos. 3)
brandt, wordt max. 4 A laadstroom aan de accu geleverd. Deze
instelling moet bij omgevingstemperaturen hoger dan 10 °C en
voor accu's van 14 Ah tot max. 120 Ah gebruikt worden (bijv.
auto-accu's van de types van loodgel, loodzuur of loodvlies). De
laadspanning bedraagt 14,4 v.
Als de LED voor het sneeuwvloksymbool (afbeelding 2, pos. 4)
brandt, wordt max. 4 A laadstroom aan de accu geleverd. Deze
instelling moet bij omgevingstemperaturen hoger dan 10 °C en
voor accu's van 14 Ah tot max. 120 Ah gebruikt worden (bijv.
auto-accu's van de types van loodgel, loodzuur of loodvlies). De
laadspanning bedraagt hier 14,7 v.
Gebruik het laadprogramma met het sneeuwvloksymbool uitsluitend voor lage temperaturen onder 10 °C
en accu's met een capaciteit van minimaal 14 Ah, omdat anders de aangesloten accu's overladen raken
en hierdoor kunnen worden vernietigd.
• Sluit nu de zojuist voor het ingestelde laadkanaal passende laadkabel op de accu aan. De rode krokodilklem aan
de positieve pool, de zwarte krokodilklem aan de negatieve pool van de accu.
• Indien de accu met de juiste polarisatie is aangesloten, niet defect (hoog-ohmig/onderbroken) en de netvoorzie-
ning gegarandeerd, begint het laden na enkele seconden.
Druk tijdens het opladen nooit op de Mode-toets (afbeelding 2, pos. 1), omdat hier het laadprogramma en
dus de laadstroom en laadspanning worden veranderd. Dit kan tot vernietiging van de aangesloten accu
leiden. Er bestaat ook bij de accu explosiegevaar!
• Afhankelijk van de laadtoestand van de aangesloten accu en de toestand ervan (bijv. accu al dan niet nieuw, accu
leeg of volledig ontladen enz.), knipperen of branden de vier LED's (afbeelding 2, pos. 5 tot 8) van een laadkanaal
en geven de laadvoortgang weer.
• Bij een lege accu knippert de eerste rode LED (afbeelding 2, pos. 5). Blijft de eerste rode LED (afbeelding 2,
pos. 5) branden, dan is de accu 25% opgeladen.
• De volgende rode LED knippert (afbeelding 2, pos. 6). Blijft deze rode LED (afbeelding 2, pos. 6) branden, dan is
de accu 50% opgeladen.
• De volgende rode LED (afbeelding 2 pos. 7) knippert.. Blijft deze rode LED (afbeelding 2, pos. 7) branden, dan is
de accu 75% opgeladen.
• De volgende LED knippert groen (afbeelding 2, pos. 8). Deze LED brandt (afbeelding 2, pos. 8), wanneer de accu
volledig is geladen. De lader geeft als onderhoud nog een weinig stroom af naar de accu.
41