Reinigingsoplossing aanbrengen
WAARSCHUWING
Gevaar voor de gezondheid, beschadi-
gingsgevaar. Alle instructies bij de gebruik-
te reinigingsmiddelen moeten in acht geno-
men worden.
Schoon water en reinigingsmiddel in
een proper reservoir mengen (concen-
tratie volgens de gegevens van het rei-
nigingsmiddel).
Reinigingsmiddel in het ater oplossen.
Instructie: Warm water (maximum 50 °C)
verhoogt de reinigende werking. Tempera-
tuurvastheid van het te reinigen oppervlak
controleren.
Instructie: Spring ter bescherming van het
milieu zuinig om met reinigingsmiddelen.
Schoonwaterreservoir vullen
Reinigingsoplossing in het schoonwa-
terreservoir vullen. Het vulpeil mag de
markering „MAX" niet overschrijden.
Antischuimmiddel
Instructie: Bij de reiniging van vooraf inge-
schuimde tapijtvloeren ontstaan schuim in
het vuilwaterreservoir. De schuimvorming
kan tegengegaan worden door de toevoe-
ging van antischuimmiddel.
Enkel Puzzi 10/1:
Antischuimmiddel (speciale toebeho-
ren) in vuilwaterreservoir gieten
Enkel Puzzi 10/2 Adv:
Reservoir voor antischuimmiddel ope-
nen
Antischuimmiddel (bijzondere toebeho-
ren) vullen
Tapijtadapter vervangen
Ontgrendeling van de vloersproeier aan
één kant indrukken.
Tapijtadapter eruit zwenken en wegne-
men.
Nieuwe tapijtadapter aanbrengen en
ontgrendeling laten vastklikken.
36
Werken met extra apparatuur
Enkel Puzzi 10/2 Adv:
Instructie: Voor de aansluiting van extra
elektrische apparaten is een extra contact-
doos voorhanden.
GEVAAR
Verwondings- en beschadigingsgevaar! De
contactdoos is enkel bestemd voor de di-
recte aansluiting van de extra borstel-was-
kop PW 30/1 op de Puzzi 10/2. Elk ander
gebruik van de contactdoos is niet toege-
staan.
Apparaat inschakelen
Steek de netstekker in de contactdoos.
Schakelaar zuigen indrukken om de
zuigturbine in te schakelen.
Schakelaar Spuiten indrukken om de
spuitpomp in te schakelen
LET OP
Beschadigingsgevaar. Het te reinigen voor-
werp voor het gebruik van het apparaat op
een onopvallende plaats controleren op
kleurvastheid en waterbestendigheid.
Voor het opspuiten van reinigingsoplos-
sing, de hendel op de elleboog bedie-
nen.
Het te reinigen oppervlak in overlap-
pende banen reinigen. Daarbij de spuit-
kop achteruit trekken (niet schuiven).
Bij werkonderbrekingen kan de
vloersproeier in de handgreep van het
apparaat opgeborgen worden.
Apparaat uitschakelen
Schakelaar spuiten en schakelaar zui-
gen uitschakelen.
Netstekker uittrekken.
– 3
NL
Bediening
Reinigen