Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
3.6
WAARSCHUWINGSLICHTEN ________________________________________________
De
R-311-maaimachine
machinesystemen.. Er wordt gebruik gemaakt van een
combinatie van waarschuwingslichten en een geluidssignaal
(alarm) om de bestuurder te attenderen op de condities die
onmiddellijke actie vereisen. Wanneer er een alarm
optreedt, volgt u de algemene richtlijnen die hieronder staan
beschreven. Daarnaast moet u specifieke handelingen
opvolgen die door de inspecteur of onderhoudsmanager
worden gegeven..
Om het alarmsysteem te testen:
Draai de contactschakelaar naar RUN (GEACTIVEERD).
Het lampje van de motorolie (T
ladingsdruk (T
) moeten aan gaan. Alle lampjes moeten uit
3
gaan nadat de motor is gestart.
Druk op de claxon/testschakelaar (I). U hoort de claxon en
de
lampjes
Temperatuur
T
1
T
9
Waarschuwing
T1. Motoroliedruk - Het alarm begint
te werken en het waarschuwings-
lampje voor de motoroliedruk gaat
branden. De oliedruk is te laag.
T2. Temperatuur motorkoelmiddel -
Het alarm begint te werken. De
temperatuur van het motorkoel-
middel is te hoog.
T3. Laaddruk
Het
branden na het starten van de
motor of wordt verlicht tijdens
werking. Duidt op lage laaddruk
in het tractiesysteem.
T4. Hydraulische retouroliefilter -
het
oliefilterwaarschuwings-
lampje gaat branden.
monitort
de
essentiële
) en het lampje van de
1
motorkoelmiddel
T
T
2
3
Stop de tractor onmiddellijk, laat de hulpstukken neer en zet de motor stil.
Inspecteer het oliepeil in de motor. Als het lampje blijft branden terwijl het oliepeil
bevredigend is, sleep of vervoer de tractor dan met uitgeschakelde motor naar een
servicefaciliteit. Zolang dit waarschuwingslampje brandt, mag NOOIT worden gestart,
aangezien ernstige beschading van de motor hiervan het gevolg kan zijn.
Stop de tractor onmiddellijk, laat de hulpstukken neer en zet de motor stil.
Verwijder afval zoals bladeren en grasknipsel waardoor de luchtstroming door het
achterscherm op de kap en het gedeelte tussen de radiateur en de oliekoeler wordt
belemmerd. Als de motortemperatuur te hoog blijft, breng de tractor dan naar een
servicefaciliteit.
VOORZICHTIG: het motorkoelmiddel staat onder druk. Na het stilzetten van
de motor moet de vloeistof eerst voldoende afkoelen voordat het peil wordt
gecontroleerd en koelmiddel aan de radiateur wordt toegevoegd.
lampje
blijft
Stop de tractor onmiddellijk, laat de hulpstukken neer en zet de motor stil.
Controleer het hydrauliekoliepeil in de hoofdtank. Voer een visuele inspectie van de
tractor uit op tekenen van lekkage rond aansluitingen en in slangen en leidingen.
Vervoer de tractor op een trailer of sleep hem naar het servicegebied. Bedien de
tractor nooit terwijl het laaddruklampje brandt, aangezien ernstige beschadiging van
het hydraulisch systeem hiervan het gevolg kan zijn.
VOORZICHTIG: Het hydraulisch systeem staat onder druk. Zet de motor stil en
laat de olie afkoelen alvorens het peil ervan te controleren of de olietank bij te
vullen.
Breng de tractor zo spoedig mogelijk naar het servicegebied. Vervang het
hydraulische retouroliefilter.
Voortdurend - volgende pagina
BEDIENINGSELEMENTEN
Terugloopfilter (T
Ladingsfilter (T
Druk op de gloeibougieschakelaar (U) als de motor nog is
uitgeschakeld. Het lampje van de gloeibougie (T
De lampjes van de richtingaanwijzers (T
gebruikt als de optionele cabine is geïnstalleerd.
Het systeem controleert:
T1. Motoroliedruk
T2. Motorkoelmiddeltemperatuur
T3. Ladingsdruk
T4. Terugloopfilter hydraulische olie
T5. Temperatuur hydraulische olie
T6. Hydraulische ladingsfilter
T7. Luchtfilter
T8. Gloeibougie
(T
),
2
T
T
4
5
), Temperatuur hydraulische olie (T
4
) en Luchtfilter (T
) gaan aan.
6
7
T
T
6
7
Actie
3
),
5
) gaat aan.
8
) worden alleen
9
T
8
T
9
Afb. 3D
nl-15
Werbung
Kapitel
Inhaltsverzeichnis
Fehlerbehebung
