NL
11
Problemen oplossen
Probleem
Het product gaat niet aan.
De druk in het systeem is niet constant.
Het product wordt uitgeschakeld.
Het product pulseert.
Het product gaat aan, maar er komt geen
water uit de sproeikop.
72
Oorzaak
De stekker is niet aangesloten.
Het stopcontact is niet voorzien van
stroom.
De zekering is doorgebrand.
.
Het verlengsnoer is kapot
Er zit lucht in het systeem.
De kleppen zijn geblokkeerd, versleten
of kunnen niet bewegen.
De afdichtingen van de pomp zijn
versleten.
Het stopcontact heeft een onjuiste
spanning.
Het product is oververhit en de
oververhittingsbeveiliging wordt
ingeschakeld.
De spuitmond in de sproeikop is
gedeeltelijk verstopt.
Er zit lucht in het tuinslang.
De watertoevoer is onbevredigend.
De spuitmond in de sproeikop is
gedeeltelijk verstopt.
Het filter in de waterinlaat is gedeeltelijk
verstopt.
De tuinslang is geknikt of zit bekneld.
De pomp, slangen of accessoires zijn
bevroren.
De tuinslang is niet aangesloten.
Het filter in de waterinlaat is verstopt.
De spuitmond in de sproeikop is
verstopt.
Oplossing
Steek de stekker in een stopcontact.
Gebruik een ander stopcontact.
Zet andere producten uit die op
hetzelfde circuit zijn aangesloten en
vervang de zekering.
Vervang het verlengsnoer of gebruik
het product zonder het verlengsnoer.
Zorg dat alle slangen en
aansluitingen luchtdicht zijn.
Neem contact op met een erkend
servicecentrum.
Neem contact op met een erkend
servicecentrum.
Controleer of de netspanning in het
stopcontact overeenkomt met de
nominale spanning op het
typeplaatje van het product.
Wacht minimaal 5 minuten totdat
het product is afgekoeld voordat u
het product weer gebruikt.
Reinig de spuitmond in de
sproeikop. Zie "6.3 Spuitmond van
sproeikop reinigen" op pagina 70.
Verwijder de lucht uit het systeem.
Zie "4.4 Het product ontluchten" op
pagina 68.
Zorg dat de waterdruk voldoende is.
Reinig de spuitmond in de
sproeikop. Zie "6.3 Spuitmond van
sproeikop reinigen" op pagina 70
Reinig het filter. Zie "6.2 Het filter
reinigen" op pagina 69.
Zorg dat geen enkel deel van de
tuinslang geknikt of bekneld raakt.
Laat het product opwarmen.
Gebruik het product niet bij
omgevingstemperaturen onder 0°C.
Sluit de tuinslang aan.
Reinig het filter. Zie "6.2 Het filter
reinigen" op pagina 69.
Reinig de spuitmond in de
sproeikop. Zie "6.3 Spuitmond van
sproeikop reinigen" op pagina 70.
2023_001