HP LaserJet MFP Betreiberhandbuch Seite 307

De gegevens in de afzendervelden van het tabblad Setup worden
Opmerking
bijgewerkt wanneer de afzendergegevens voor het eerst in de
afzendervelden van het dialoogvenster Default Settings worden
opgegeven. Als de standaardafzendergegevens later worden
gewijzigd, worden de afzendervelden op het tabblad Setup niet
bijgewerkt. De wijzigingen worden opgeslagen, maar de gegevens
worden niet in het dialoogvenster weergegeven. Sluit het
stuurprogramma MFP Send Fax af en start dit opnieuw wanneer
u de nieuwe gegevens wilt weergeven.
3
Selecteer de standaardwaarden voor de faxkwaliteit, de
Opmerking
waarschuwing, het faxvoorblad en de voorbeeldweergave en
klik vervolgens op OK om deze allemaal tegelijk in te stellen.
De faxkwaliteit instellen
Met de optie voor de faxkwaliteit bepaalt u de resolutie waarmee
de MFP faxen verzendt. De kwaliteit kan op de volgende waarden
worden ingesteld:
●
●
●
Ga als volgt te werk om de faxkwaliteit in te stellen:
1
NLWW
Klik op OK.
Standaard 200 x 100 dpi (dots per inch)
Fijn 200 x 200 dpi
Extra fijn 300 x 300 dpi
Klik in het tabblad Setup op Edit Defaults.
De faxkwaliteit instellen 35