Echo DLM-310/46SP Benutzerhandbuch Seite 311

8 FUNCTIES VAN DE
GRASMAAIER
Een grasmaaier is over het algemeen voorzien van 3
functies (zak aan de achterkant/mulchen/ afvoer aan
de zijkant). Deze functies kunnen worden veranderd
door het wijzigen van de instelling van het accessoire.
Zie de volgende tabel voor gedetailleerde instellingen.
Onderstaande functies kunnen verschillen
afhankelijk van het model van grasmaaier.
OM DE GRAS-
MAAIER TE VE-
RANDEREN
Voor zak aan de
achterkant
Voor mulchen
Voor afvoer aan
de zijkant
"√": geïnstalleerd
"×": verwijderd
9 GEBRUIK
WAARSCHUWING
NL
Raak de accu, de schakelaar of het gereedschap niet
aan met natte handen. Niet blootstellen aan regen en
laat geen vloeistof in het motorcompartiment terecht
komen.
Draag oogbescherming tijdens gebruik.
9.1 DE MACHINE STARTEN
Afbeelding 9
1. Plaats de veiligheidssleutel.
2. Druk de startknop en houd hem ingedrukt.
3. Terwijl u de startknop ingedrukt houdt, trek
de handgreepschakelaar in de richting van de
handgreep.
4. U kunt de startknop nu loslaten.
Als de machine niet start,
1. open de klep van het accuvak en controleer de
veiligheidssleutel.
2. Verwijder de accu en onderzoek het maaidek om
er zeker van te zijn dat er geen gras aan het mes
kleeft en dat het mes vrij met de hand kan draaien.
Zachte start
OPMERKING
MULCH GRASOP- ZIJKOK-
PLUG VANG- ER
BAK
× √ ×
√ × ×
√ × √
OPMERKING
Nederlands
Dit li-ion-gereedschap heeft een "zachte start"-functie.
Als u het gereedschap start, loopt hij na ongeveer 3
seconden met volle snelheid.
9.2 HET GEREEDSCHAP STOPPEN
Afbeelding 9
1. Laat de aan/uit-schakelaar los om de machine te
stoppen.
Als het blad niet stopt wanneer de schakelaar wordt
losgelaten, verwijder dan de veiligheidssleutel of de
batterij om de stroomtoevoer naar het product te
stoppen. Breng het product naar een dealer om het
te laten repareren voordat u het product weer gebruikt.
Wacht totdat de messen volledig tot stilstand zijn
gekomen voordat u de machine weer start. Zet de
machine niet snel aan en uit om het beschadigen van
de machine te voorkomen.
Verwijder altijd de veiligheidssleutel en de accu nadat
u klaar bent met de werkzaamheden.
9.3 BEDIEN HET
ZELFAANDRIJVINGSSYSTEEM
Afbeelding 9.
1. Start het gereedschap.
2. Terwijl u de borgschakelaar vasthoudt, drukt u de
hendel voor de zelfaandrijving in de richting van de
handgreep.
3. Houd de borgschakelaar en de hendel voor de
zelfaandrijving gelijktijdig vast met de rechterhand.
4. Stel de snelheidsregelknop in met uw linkerhand.
• Druk de snelheidsregelknop in de richting
van het konijnensymbool om de snelheid te
verhogen.
• Trek de snelheidsknop in de richting van het
schildpadsymbool om de snelheid te verlagen.
5. Laat de zelfaandrijvingshendel los om het
zelfaandrijvingssysteem uit te schakelen.
9.4 MAAK DE OPVANGZAK LEEG
Afbeelding 10.
1. Schakel het gereedschap uit.
2. Verwijder de veiligheidssleutel.
3. Verwijder de accu.
4. Open de achterklep en houd deze vast.
310
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING