Vaillant VWL 35/6 A 230V S2 Betriebsanleitung Seite 163

Installatie- en
onderhoudshandleiding
Inhoudsopgave
1 Veiligheid.......................................................... 165
1.1 Waarschuwingen bij handelingen...................... 165
1.2 Reglementair gebruik......................................... 165
1.3 Algemene veiligheidsinstructies ........................ 165
1.4 Voorschriften (richtlijnen, wetten, normen) ........ 166
2 Aanwijzingen bij de documentatie ................. 167
2.1 Documenten ...................................................... 167
2.2 Geldigheid van de handleiding .......................... 167
2.3 Verdere informatie ............................................. 167
3 Productbeschrijving ........................................ 167
3.1 Warmtepompsysteem........................................ 167
3.2 Beschrijving van het product ............................. 167
3.3 Modus koelbedrijf............................................... 167
3.4 Werkwijze van de warmtepomp......................... 167
3.5 Opbouw van het product ................................... 168
3.6 Gegevens op het kenplaatje .............................. 169
3.7 Waarschuwingssticker ....................................... 170
3.8 CE-markering..................................................... 170
3.9 Toepassingsgrenzen ......................................... 170
3.10 Ontdooimodus ................................................... 171
3.11 Veiligheidsinrichtingen ....................................... 171
4 Beschermingsbereik ....................................... 171
4.1 Beschermingsbereik .......................................... 171
4.2 Veilige uitvoering van de condensafvoer........... 173
5 Montage ............................................................ 173
5.1 Leveringsomvang controleren ........................... 173
5.2 Product transporteren ........................................ 174
5.3 Afmetingen......................................................... 174
5.4 Minimumafstanden in acht nemen..................... 175
5.5 Voorwaarden voor het montagetype ................. 175
5.6 Opstelplaats kiezen ........................................... 175
5.7 Montage en installatie voorbereiden.................. 177
5.8 Bodemopstelling ................................................ 177
5.9 Wandmontage ................................................... 177
5.10 Montage op een plat dak ................................... 178
6 Hydraulische installatie................................... 178
6.1 Installatiemethode directe verbinding of
systeemscheiding .............................................. 178
6.2 Waarborging van de minimale
circulatiewaterhoeveelheid ................................ 178
6.3 Vereisten aan hydraulische componenten ........ 178
6.4 Hydraulische installatie voorbereiden................ 178
6.5 Buisleidingen naar product installeren............... 179
6.6 Buisleidingen op het product aansluiten............ 179
6.7 Hydraulische installatie afsluiten ....................... 179
6.8 Optie: product op een zwembad aansluiten ...... 180
0020299004_04 aroTHERM plus Installatie- en onderhoudshandleiding
7 Elektrische installatie ...................................... 180
7.1 Elektrische installatie voorbereiden ................... 180
7.2 Vereisten aan de netspanningskwaliteit ............ 180
7.3 Vereisten aan elektrische componenten ........... 180
7.4 Elektrische scheidingsinrichting......................... 180
7.5 Componenten voor functie blokkering
energiebedrijf installeren ................................... 180
7.6 Afdekking van de elektrische aansluitingen
demonteren........................................................ 181
7.7 Elektrische leiding afstrippen ............................. 181
7.8 Stroomvoorziening tot stand brengen,
1~/230V ............................................................. 181
7.9 Stroomvoorziening tot stand brengen,
3~/400V ............................................................. 182
7.10 eBUS-leiding aansluiten .................................... 182
7.11 Maximaalthermostaat aansluiten....................... 182
7.12 Toebehoren aansluiten ...................................... 183
7.13 Afdekking van de elektrische aansluitingen
monteren............................................................ 183
8 Ingebruikname ................................................. 183
8.1 Vóór het inschakelen controleren ...................... 183
8.2 Product inschakelen .......................................... 183
8.3 Verwarmingswater/vul- en bijvulwater
controleren en conditioneren ............................. 183
8.4 CV-circuit vullen en ontluchten .......................... 184
8.5 Beschikbare restopvoerdruk .............................. 184
9 Aanpassing aan de installatie ........................ 185
9.1 Instellingen aan de thermostaat van de
binnenunit aanpassen ....................................... 185
10 Overdracht aan de gebruiker.......................... 185
10.1 Gebruiker instrueren .......................................... 185
11 Verhelpen van storingen................................. 185
11.1 Foutmeldingen ................................................... 185
11.2 Andere storingen ............................................... 185
12 Inspectie en onderhoud .................................. 185
12.1 Inspectie en onderhoud voorbereiden ............... 185
12.2 Werkschema en intervallen in acht nemen........ 186
12.3 Reserveonderdelen aankopen .......................... 186
12.4 Manteldelen demonteren ................................... 186
12.5 Beschermingsbereik controleren ....................... 187
12.6 Ontluchtingsklep sluiten..................................... 187
12.7 Product reinigen................................................. 187
12.8 Verdamper, ventilator en condensafvoer
controleren......................................................... 187
12.9 Koelmiddelcircuit controleren ............................ 187
12.10 Koudemiddelcircuit op dichtheid controleren..... 188
12.11 Elektrische aansluitingen en elektrische
leidingen controleren ......................................... 188
12.12 Kleine dempingsvoeten op slijtage
controleren......................................................... 188
12.13 Inspectie en onderhoud afsluiten....................... 188
12.14 Manteldelen monteren ....................................... 188
Inhoudsopgave
163