Gaggenau 400 Serie Montageanleitung Seite 34

Houd de maten voor de werkbladdikte en voor de
4.
afstand tussen werkblad en de onderkant van het
apparaat aan.
→ Fig.
13
Bij vlak geïntegreerde inbouw de maten voor de
5.
dikte van het werkblad en voor de afstand tussen
werkblad en de onderkant van het apparaat aan-
houden.
→ Fig.
14
Maak vier gaten met een diameter van 6 mm.
6.
→ Fig.
15
Ervoor zorgen dat de hoek van het snijvlak tot het
7.
werkblad 90° bedraagt.
→ Fig.
15
Om een goede bevestiging van de borgveren van
8.
het apparaat te garanderen, ervoor zorgen dat de
zijdelingse uitsnijkanten minstens 20 mm dik en
vlak zijn.
Bij multiplex werkbladen indien nodig lijsten aan
9.
de zijkanten in de uitsnijding in het meubel beves-
tigen.
Na de uitsnijwerkzaamheden de spaanders verwij-
10.
deren.
De snijvlakken hittebestendig en waterdicht verze-
11.
gelen.
→ Fig.
15
Houd vanaf de onderkant van het apparaat tot de
12.
meubeldelen een minimale afstand van 10 mm
aan.
Het draagvermogen en de stabiliteit van het meu-
13.
bel door geschikte onderconstructies garanderen,
vooral bij dunne werkbladen.
Het gewicht van het apparaat inclusief extra be-
‒
lading in acht nemen.
Hittebestendig en vochtbestendig versterkings-
‒
materiaal gebruiken.
Uitsparing voor de bedieningsknop maken
Maak het gat voor de bedieningsknop overeen-
1.
komstig de meegeleverde handleiding.
Bij een plaatdikte van meer dan 23 mm de achter-
2.
kant van de frontplaat voor de bevestigingsplaat
uitfrezen.
Houd de positie van de bedieningsknop aan.
3.
→ Fig.
16
Na de uitsnijwerkzaamheden de spaanders verwij-
4.
deren.
De snijvlakken hittebestendig en waterdicht afdich-
5.
ten.
Bedieningsknop inbouwen
Houd de meegeleverde montagehandleiding voor
1.
de bedieningsknop aan.
Houd de bevestigingsplaat aan de achterzijde van
2.
het paneel.
De bevestigingsplaat met 2 schroeven borgen te-
3.
gen verdraaien.
Lijm bij werkbladen van steen de bevestigings-
‒
plaat vast met temperatuurbestendige tweecom-
ponentenlijm.
→ Fig.
17
Trek aan de achterzijden van de lichtring de be-
4.
schermfolie weg.
→ Fig.
18
Steek de bedieningsknop in het gat.
5.
Positioneer de markering op de zijkant van de
‒
bedieningsknop altijd aan de linkerkant.
Zorg ervoor dat de borgnok op de bevestigings-
6.
paat zich aan de bovenkant bevindt en dat de be-
dieningsknop zich in de nulstand bevindt.
→ Fig.
19
34
Draai op de achterzijde van de bedieningsknop de
7.
bevestigingsmoer vast met het meegeleverde
montagegereedschap.
→ Fig.
20
Lijn de bedieningsknop exact in de nulstand uit.
8.
Verbind de bedieningsknop met de
verbindingskabels
Verbind de bedieningskabel met de meegeleverde
1.
verbindingskabel.
→ Fig.
21
De beide bussen op de bedieningsknop zijn iden-
tiek.
Zorg ervoor dat de stekker in de bus vastklikt.
2.
Controleer na de montage of alle stekkerverbin-
3.
dingen goed zitten.
Buig om de verbindingskabel na de montage te
4.
fixeren, het lipje op de bevestigingsplaat om.
→ Fig.
21
Apparaat inbouwen
Zorg ervoor dat de verbindingskabel voor de be-
1.
dieningsknop in de bus aan de onderkant van het
apparaat vastklikt.
→ Fig.
22
Plaats het apparaat gelijkmatig in de meubeluit-
2.
sparing.
→ Fig. , → Fig.
23 24
Duw het apparaat van boven met beide handen
3.
stevig in de meubeluitsparing.
Zorg ervoor dat het apparaat in de meubeluitspa-
4.
ring zit en niet verschuift.
Indien nodig bij een uitsnijbreedtte aan de boven-
5.
ste tolerantiegrens aan de zijkant in de meubeluit-
snijding telkens een strip bevestigen.
Het apparaat aansluiten op het elektriciteitsnet.
6.
Het apparaat aansluiten op de gasaansluiting.
7.
Werking controleren
Draai de bedieningsknop op 1.
1.
Wanneer het apparaat uitschakelt, kan het zijn dat
er lucht in de gasleiding zit.
Draai de bedieningsknop op 0 en weer op 1.
2.
Herhaal de procedure totdat het apparaat ont-
‒
steekt.
Voegen sealen
Bij vlak geïntegreerde inbouw de voegen met silico-
ne sealen.
Vereisten
Voor het voegen beslist een functietest uitvoeren.
¡
Voor het aanbrengen van de voegen de nauwkeu-
¡
rige passing en vlakheid van het gehele apparaat
controleren.
De spleet rondom met geschikte, hittebestendige
1.
silicone verzegelen, bijv. Ottoseal® S70.
→ Fig.
25
Ongeschikte siliconenlijm leidt bij werkbladen van
natuursteen tot permanente verkleuringen.
De voeg glad maken met een door de fabrikant
2.
aanbevolen middel.
Volg de aanwijzingen voor de verwerking van de
3.
siliconenlijm op.
De siliconelijm minstens 24 uur laten drogen.
4.
De droogduur is afhankelijk van de omgevings-
temperatuur.
Het apparaat pas in bedrijf nemen wanneer de sili-
5.
cone volledig is gedroogd.