Herunterladen Diese Seite drucken

Hach PAH500 Bedienungsanleitung Seite 221

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für PAH500:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 31
• Als de standaardampullen gekoeld of bevroren zijn, verhoog dan de temperatuur van de
standaardampullen tot kamertemperatuur en houd ze 24 uur op kamertemperatuur. Schud de
standaardampullen daarna gedurende 30 tot 60 seconden voor gebruik.
• Warmte zal de fenantreenstandaarden aantasten als de standaarden langer dan 12 uur worden
opgeslagen bij 35 °C (95 °F).
Te verzamelen item: Kalibratiekit
1. Reinig de sensor. Raadpleeg
losgekoppeld.
2. Selecteer SENSOR SETUP (SONDE SETUP) > [selecteer sensor] > CALIBRATE
(KALIBREREN) > 2 POINT MANUAL (2-PUNT MANUEEL).
3. Wanneer er in het menu Security een wachtwoord voor de controller is geactiveerd, dient u het
wachtwoord in te voeren.
4. Selecteer een optie.
Optie
ACTIVE (AAN)
HOLD (BLOKKEREN)
TRANSFER
(VERPLAATSEN)
5. Plaats het meegeleverde ventiel in de fitting aan de onderkant van de sensor. Zorg ervoor dat het
ventiel gesloten is.
6. Spoel de sensor als volgt met gedeïoniseerd water:
a. Vul de sensor met gedeïoniseerd water.
b. Open het ventiel om het gedeïoniseerde water uit de sensor te verwijderen en sluit het ventiel
vervolgens weer.
7. Meet de eerste kalibratiestandaard als volgt:
a. Gebruik een pipet om de sensor te vullen met de eerste kalibratiestandaard.
b. Open het ventiel om de kalibratiestandaard uit de sensor te verwijderen en sluit het ventiel
vervolgens weer.
c. Gebruik een pipet om de sensor te vullen met de eerste kalibratiestandaard.
d. Breng een stop aan in de fitting aan de bovenkant van de sensor.
e. Druk op bevestigen.
f. Wacht tot de waarde als respons in de verwachte waarde is veranderd (maximaal
60 seconden) en bevestig.
8. Voer de PAK-waarde van de eerste kalibratiestandaard in en druk op bevestigen.
9. Verwijder de stop aan de bovenkant van de sensor.
10. Open het ventiel om de kalibratiestandaard te verwijderen en sluit het ventiel vervolgens weer.
11. Spoel de sensor als volgt met gedeïoniseerd water:
a. Vul de sensor met gedeïoniseerd water.
b. Open het ventiel om het gedeïoniseerde water uit de sensor te verwijderen en sluit het ventiel
vervolgens weer.
12. Meet de tweede kalibratiestandaard als volgt:
a. Plaats de inhoud van de ampul in de lege kuvet. Houd de bovenste rand van de ampul tegen
de bovenste rand van de kuvet om de vloeistof in de kuvet te laten trekken.
De sensor reinigen
op pagina 225. Houd de monsterslang
Beschrijving
De controlleruitgangen blijven de laatst gemeten waarde
weergeven tijdens de kalibratieprocedure.
De controlleruitgangen worden vastgezet op laatst gemeten
waarden tijdens de kalibratieprocedure.
De controlleruitgangen worden veranderd in de overdrachtwaarde
tijdens de kalibratieprocedure. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de SC1000-controller om de
overdrachtwaarde te wijzigen.
Nederlands 221

Werbung

Kapitel

loading