Andere apparaten
aansluiten
U kunt naar CD's luisteren via een
stereosysteem en CD's opnemen op een
MiniDisc of cassettebandje. Raadpleeg de
instructiehandleiding bij het apparaat dat u
wilt aansluiten.
Zorg dat u alle apparaten uitschakelt voordat
u de apparaten aansluit en de instellingen
wijzigt volgens de onderstaande toelichting.
Naar
(koptelefoon)/
LINE OUT
Stereocassetterecorder,
radiocassetterecorder,
enzovoort
"LINE OUT" of "HEADPHONE"
knippert gedurende ongeveer 5 seconden
op het display van de speler wanneer een
aansluitkabel wordt aangesloten.
U dient de instelling voor "AUDIO OUT"
in het menu OPTION te wijzigen, zodat het
geluid wordt uitgevoerd naar het aangesloten
apparaat. De instellingen van "AUDIO
OUT" worden hieronder weergegeven.
Op pagina 26, 27 leest u hoe u deze
instellingen kunt opgeven.
Aansluitkabel
(ministekker, niet
meegeleverd)
Links (wit)
Rechts (rood)
Aangesloten apparaat
Koptelefoon
Apparaat aangesloten
met aansluitkabel
Als u een ander apparaat aansluit, stelt u dit
in op "LINE OUT". Bij de instelling "LINE
OUT" kan het volume niet worden aangepast
met de speler of afstandsbediening en werkt
de geluidsfunctie niet.
Opmerkingen
• Voordat u een CD afspeelt, dient u het volume
van het aangesloten apparaat te verlagen om
schade aan de aangesloten luidspreker te
voorkomen.
• Gebruik de netspanningsadapter als u wilt
opnemen. Als u als voedingsbron een oplaadbare
of droge batterij gebruikt, kan het gebeuren dat
deze midden in de opname volledig leeg is.
• Als u CD-geluid van hoge kwaliteit wilt
opnemen, stelt u "G-PROTECTION" in op "1" in
het menu OPTION.
Instelling
HEADPHONE
LINE OUT
29
NL