Bestellen Van Wisselstukken - EINHELL TK 700/200 Bedienungsanleitung

9. Werken met de cirkelzaag
Na elke nieuwe afstelling is het aan te raden een
proefzaagsnede uit te voeren om de afgestelde
afmetingen te controleren.
9.1 Zagen van smalle werkstukken
(breedte kleiner dan 120 mm) (fig. 10)
De parallelaanslag (7) instellen over-eenkomstig
de voorziene breedte van het werkstuk.
Werkstuk met beide handen naar voren
schuiven, in het bereik van het zaagblad (4)
absoluut de schuifstok (3) gebruiken. (In de
levering begrepen!).
Werkstuk altijd tot aan het eind van de
spleetspie (5) doorschuiven.
Lange werkstukken (b.v. door een afrol-bok etc.)
beveiligen tegen neerslaan aan het eind van de
zaagfase.
Let op! Bij korte werkstukken moet de schuifstok
reeds aan het begin van de zaagsnede worden
gebruikt.
9.2 Zagen van zeer smalle werkstukken
(breedte kleiner dan 30 mm) (fig. 11)
De parallelaanslag (7) moet ingesteld worden op
de te zagen breedte van het werkstuk.
Werkstuk met douwhout (a) en schuifstok (3)
naar voren duwen tot het werkstukeinde zich in
de spleetspiezone (5) bevindt.
Lange werkstukken (b.v. door een afrol-bok etc.)
beveiligen tegen neerslaan aan het eind van de
zaagfase. Schuifhout niet in de levering
begrepen!
9.3 Verborgen zaagsneden (fig. 12)
Door de afneembare zaagbladbescherming en de
traploos van 0 tot 43 mm instelbare zaagdiepte
kunnen verborgen zaagsneden en groefsneden
worden uitgevoerd.
Zaagbladbescherming (2) verwijderen door de
klemschroeven (21) los te draaien.
Spleetspie (5) ca. 0,5 - 1 mm dieper instellen
dan het bovenste zaagbladpunt.
De gewenste zaagdiepte instellen (zie 8.3).
De parallelaanslag (7) op de nodige breedte
instellen.
Het werkstuk in het zaagblad (4) schuiven. Er
daarbij op letten dat het werkstuk vast op de
zaagtafel (1) ligt.
De reeks van de zaagsneden dient te worden
gekozen zodat de uitgezaagde lijst op de
linkerkant van het zaagblad (4) naar beneden
valt om het vastklemmen tussen parallelaanslag
(7) en zaagblad (4) te voorkomen (gevaar voor
terugslaan van de lijst).
9.4 Schuine zaagsneden
Schuine zaagsneden worden principieel uitgevoerd
met behulp van de parallelaanslag (7).
Zaagtafel in de gewenste schuine stand
arrêteren.
Het te zagen werkstuk langs de parallelaanslag
(7) leiden. Zie 9.1 of 9.2 naargelang van de
werkstukbreedte.
9.5 Snijden met de dwarsaanslag (fig. 13)
Dwarsaanslag in de loopspleet plaatsen tussen
zaagtafel en tafelverbreding.
Vleugelschroef (51b) losdraaien en de gewenste
hoekmaat afstellen door het geleidehoekstaal te
draaien.
Vleugelschroef (51b) opnieuw aanhalen.
Dwarsaanslag vooruitduwen tot aan het
zaagblad.
Vleugelschroef (51) losdraaien en aanslagrail
vooruitduwen tot de afstand tussen zaagblad en
aanslagrail 2 cm bedraagt.
Vleugelschroef (51) opnieuw aanhalen.
Dwarsaanslag opnieuw terugtrekken en stuk
hout tegen de aanslagrail (53) leggen.
Zaag aanzetten.
Stuk hout vast tegen de aanslagrail (53) duwen
en dwarsaanslag naar het zaagblad schuiven
teneinde de snede uit te voeren.
Na de snijbeurt de zaag opnieuw stopzetten.
9.6 45° zaagsneden van kleine werkstukken
(fig. 14)
Zaagsneden van 45° mogen slechts met behulp van
de parallelaanslag (7) en de hoekaanslag (14)
worden uitgevoerd.
Hoekaanslag (14) op de parallelaanslag (7)
zetten.
Parallelaanslag (7) op de gewenste lengte van
het werkstuk instellen en vastklemmen.
Werkstuk in de hoekaanslag (14) leggen.
Zaag inschakelen en hoekaanslag (14) langs de
parallelaanslag (7) in het zaagblad (4) schuiven.
Na uitvoering van de zaagsnede de zaag
uitschakelen.
10. Onderhoud
Machine regelmatig van stof en veront-
reinigingen ontdoen. Voor het schoonmaken
gebruikt U best perslucht of een doek.
Gebruik voor het schoonmaken van het
kunststofgedeelte geen bijtende middelen

11. Bestellen van wisselstukken

Gelieve bij het bestellen van wisselstukken volgende
gegevens te vermelden:
Type van het toestel
Artikelnummer van het toestel
Ident-nummer van het toestel
Wisselstuknummer van het benodigde stuk
NL
25