Kleurenschema
Hier kunt u definiëren met welk kleurenschema de displayschermen worden
weergegeven.
>
Selecteer met / de optie [Kleurenschema]. U kunt kiezen uit Deep Black
en Steel Blue. Druk op de knop ENTER om op te slaan.
Verlichting
>
Selecteer met / de optie [Verlichting].
[Gebruik] regelt de helderheid in de normale, ingeschakelde toestand. U kunt
hier tussen de helderheidsinstelling [Hoog], [gemiddeld] en [Laag] kiezen.
Kies met behulp van / een helderheidsinstelling en druk op ENTER om
deze op te slaan.
[Stand-by] regelt de helderheid in stand-by. U kunt hier tussen de
helderheidsinstelling [Hoog], [gemiddeld] en [Laag] kiezen. Kies met behulp
van / een helderheidsinstelling en druk op ENTER om deze op te slaan.
[Auto-dim] dimt het display automatisch (wanneer optie [Aan]) na 10
seconden zonder bediening van de radio, naar de helderheidswaarde Laag.
Wanneer de optie [Uit] is geselecteerd, zal het display continu oplichten bij
de helderheid die is geselecteerd in de functie [Gebruik]. Druk op ENTER om
een instelling op te slaan.
13.3 Taal
>
Houd de toets MENU ingedrukt en selecteer met de toetsen / de optie
[Systeeminst.] >[Taal] en druk op ENTER.
>
Selecteer met / een van de beschikbare talen en druk op ENTER om de
keuze te bevestigen.
13.4 Fabrieksinstellingen
Als u de locatie van het apparaat wijzigt, bijvoorbeeld bij een verhuizing, kunt u de
opgeslagen zenders mogelijk niet meer ontvangen. Door terug te keren naar de
fabrieksinstellingen, kunt u alle opgeslagen stations verwijderen om een nieuwe
zenderscan te starten.
>
Houd de toets MENU ingedrukt en selecteer met de toetsen / de optie
[Systeeminst.] >[Fabrieksinstellingen] en druk op ENTER.
>
Gebruik / om [Ja] te selecteren voor het uitvoeren van de
fabrieksinstellingen en druk op ENTER.
Alle eerder opgeslagen zenders worden verwijderd. Het apparaat bevindt zich
nu in de leveringstoestand.
112