Datalogger Met Sd-Geheugenkaart; A) Voorbereiding Voor De Dataloggerfunctie; B) Automatische Gegevensregistratie - VOLTCRAFT LX-2000 Bedienungsanleitung

13. Datalogger met SD-geheugenkaart

De meter maakt met een optionele SD-geheugenkaart het opslagen van gegevens mogelijk. Deze gegevens kunnen
met tabellenprogramma's zoals MS Excel worden ingelezen en verder verwerkt.
De meetgegevens worden opgeslagen in een unieke bestandsstructuur op de geheugenkaart.

a) Voorbereiding voor de dataloggerfunctie

SD-kaart plaatsen
• Bereid een SD-geheugenkaart voor (1 - 16 GB). Plaats de SD-kaart in de SD-kaartsleuf (20). De contacten van
de SD-geheugenkaart moeten naar de bovenkant van het apparaat wijzen. Schuif eerst de geheugenkaart met de
contacten volledig in de SD-kaartsleuf. Laat de geheugenkaart los. De geheugenkaart moet in de sleuf vastklikken.
• Om te verwijderen, schakelt u de meter uit. Druk kort op de geheugenkaart. De geheugenkaart wordt ontgrendeld
en ong. 10 mm naar buiten geschoven. De geheugenkaart kan worden verwijderd.
SD-kaart formatteren
• Wanneer de SD-geheugenkaart voor de eerste keer in de meter wordt geplaatst, moet deze eerst worden geformat-
teerd. De SD-formattering wordt beschreven in het hoofdstuk "Inbedrijfstelling, c) Systeeminstellingen".
Tijdinstelling
• Voordat u de logger-functie gebruikt, moet u ervoor zorgen dat de datum en systeemtijd correct zijn ingesteld in de
meter. De meetgegevens worden opgeslagen met datum- en tijdstempel. De tijdinstelling wordt beschreven in het
hoofdstuk "Inbedrijfstelling, c) Systeeminstellingen".
Het decimaalteken instellen
• Standaard wordt de uitvoering van het decimaalteken ingesteld op komma (,) in Europa (voorbeeld: 1234,5). Wilt u
dit wijzigen in punt (.) in plaats daarvan (bijvoorbeeld: 1234.5), wordt dit uitgelegd in het hoofdstuk "Inbedrijfstelling,
c) Systeeminstellingen".

b) Automatische gegevensregistratie

De meter verwerft automatisch de meetgegevens op de vooraf ingestelde intervaltijd. De instelling van de intervaltijd
moet ≥ 1 seconde bedragen. De instelling van de intervaltijd wordt beschreven in het hoofdstuk "Inbedrijfstelling, c)
Systeeminstellingen".
Selecteer indien mogelijk een intervaltijd van meer dan 1 seconde, omdat meetgegevens tijdens
deze korte intervaltijd verloren kunnen gaan.
• Schakel de meter in en kies de bijbehorende meetfunctie (verlichting/temperatuur)
Datalogger starten
• Druk ong. 3 seconden op de toets "LOG (8)" . In de onderste regel van het display wordt "Log" weergegeven. Het
geheugensymbool "REC" knippert en er volgt elke keer een pieptoon.
De geheugenkaart wordt bij elke start gecontroleerd. In het display volgt kort de weergave "SCAn Sd". Als
een ontbrekende of defecte geheugenkaart wordt gedetecteerd, wordt een waarschuwingsbericht "Sd -E-"
weergegeven met een drievoudige waarschuwingstoon. Controleer in dit geval de juiste pasvorm of functie
van de geheugenkaart.
82