Hella KLED 2.0 Montageanleitung Seite 25

MOGELIJKE
KNIPPERVOLGORDES
Wij raden aan de
lampen VOOR de
dakmontage
te programmeren!
Met de programmeermodus kan de
gebruiker een van de 17 beschik-
bare knipperpatronen kiezen.
Wanneer de lamp binnen Europa
wordt gebruikt, is uitsluitend het
MOGELIJKE
KNIPPERVOLGORDES
25
1. Eenmaal knipperen, 2 Hz
2. Tweemaal knipperen 2 Hz
3. Driemaal knipperen 2 Hz
4. Draaiend signaal 2Hz
5. Eenmaal knipperen (250 ms verschoven t.o.v. volgorde 1)
6. Tweemaal knipperen (250 ms verschoven t.o.v. volgorde 2)
7. Driemaal knipperen (250 ms verschoven t.o.v. volgorde 2)
8. SAE eenmaal knipperen, 1,42 Hz, dagschakeling
9. SAE tweemaal knipperen, 1,42 Hz, dagschakeling
10. SAE driemaal knipperen, 1,42 Hz, dagschakeling
11. SAE viermaal knipperen, 1,42 Hz, dagschakeling
12. SAE draaiend signaal, 1,42 Hz, dagschakeling
13. SAE eenmaal knipperen, 1,42 Hz, nachtschakeling
14. SAE tweemaal knipperen, 1,42 Hz, nachtschakeling
15. SAE driemaal knipperen, 1,42 Hz, nachtschakeling
16. SAE viermaal knipperen, 1,42 Hz, nachtschakeling
17. SAE draaiend signaal, 1,42 Hz, nachtschakeling
gebruik van knipperpatronen 1, 2 en
4 toegestaan.
INSTELLEN VAN DE
KNIPPERVOLGORDES
1. De lamp moet in bedrijf worden
gesteld (wit aan plus +, zwart aan
minus –).
2. De ingang "Synchronisation"
(geel) wordt verbonden met plus +.
3. Na ca. 2 seconden wordt
overgeschakeld naar de modus
knippervolgorde; de lamp begint nu
te knipperen met ca. 1 Hz. Per knip-
percyclus wordt intern steeds met
één knippervolgorde doorgescha-
keld naar de volgende knippervolg-
orde. Als men bijv. knippervolgorde
4 wil selecteren, moet na 4 keer
knipperen de ingang "Selectie
knippervolgorde" (geel) worden
losgemaakt van plus +.
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)
(lichtsensor buiten werking)