Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

VOLTCRAFT IR-2200-50D USB Bedienungsanleitung Seite 61

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Continu meetwerking (LOCK)
Het meetapparaat is uitgerust met een continu meetfunctie voor metingen gedurende langere tijd.
1.
Schakel het meetapparaat in door te drukken op de meettoets.
2.
Druk op de toets "MODE" tot het symbool voor emissiefactor in het display knippert.
3.
Met de toetsen "
▲" en "▼" kan de continu meetfunctie worden ingeschakeld (display aanduiding
"ON").
4.
Van zodra u de meettoets indrukt, wordt de continu meetfunctie ingeschakeld. Het meetapparaat
meet nu continu tot de meettoets opnieuw wordt ingedrukt.
Gebruik eventueel een statief bij continumetingen. Onderop de handgreep bevindt zich
de aansluiting voor het statief. De poten van het statief kunnen worden uitgetrokken.
Alarmfuncties
Het meetapparaat is voorzien van een alarmfunctie bij over- of onderschrijden van instelbare
temperatuurwaarden. Het alarm gaat af via een bieptoon. Door deze functie kan het meetapparaat
heel goed worden ingezet voor temperatuurcontroles, enz. Het toestel beschikt over twee instelbare
temperatuurwaarden (bovenste en onderste alarmwaarde). Het alarm gaat af wanneer de onderste
of bovenste alarmwaarde wordt overschreden. De alarmwaarden kunnen onafhankelijk van elkaar
worden ingesteld en geactiveerd.
Voor het instellen en activeren van de bovenste alarmwaarde (H = bovenste alarmwaarde) gaat u
als volgt tewerk:
1.
Schakel het meetapparaat in door te drukken op de meettoets.
2.
Om de bovenste alarmwaarde te activeren, drukt u op de toets "MODE" tot het symbool voor de
bovenste alarmwaarde op het display knippert en "AAN" of "UIT" wordt weergegeven (menupunt
"HAL AAN/UIT" = Bovenste alarmwaarde AAN/UIT).
3.
Met de toetsen "
worden uitgeschakeld ("UIT").
4.
Druk de toets "MODE" tot het symbool voor de bovenste alarmwaarde op het display knippert en een
temperatuurwaarde wordt weergegeven (menupunt HAL ADJUST = bovenste alarmwaarde instellen).
5.
Met de toetsen "
▲" en "▼" kan de bovenste alarmwaarde ingesteld worden, bij de overschrijding
of de onderschrijding waarvan het alarm af moet gaan.
6.
Na het uitschakelen van het apparaat blijft de ingestelde waarde opgeslagen.
Voor het instellen en activeren van de onderste alarmwaarde (L = onderste alarmwaarde) gaat u als
volgt tewerk:
1.
Schakel het meetapparaat in door te drukken op de meettoets.
2.
Om de onderste alarmwaarde te activeren, drukt u op de toets "MODE" tot het symbool voor de
onderste alarmwaarde op het display knippert en "AAN" of "UIT" wordt weergegeven (menupunt
"LAL AAN/UIT" = Onderste alarmwaarde AAN/UIT)
3.
Met de toetsen "
worden uitgeschakeld ("UIT").
▲" en "▼" kan de bovenste alarmwaarde worden ingeschakeld ("AAN") of
▲" en "▼" kan de onderste alarmwaarde worden ingeschakeld ("AAN") of
61

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis