Conrad Electronic 22 49 45 Bedienungsanleitung Seite 8

b) Einstellung des Ladestroms
Der Ladestrom ist frei und stufenlos einstellbar im Bereich von ca.
100 mA bis ca. 5000 mA. Voraussetzung für eine Schnellladung ist
die Freigabe durch den jeweiligen Akku – Hersteller (Aufdruck auf
dem Akku). Nicht – schnellladefähige Akkus werden mit 0,1 C (=
Kapazität) geladen, schnelladefähige Akku mit bis zu 2 C (bzw. in
Ausnahmefällen auch mehr). Für einen Akku mit z.B. 2000 mAh
bedeutet das einen Ladestrombereich von 200 mA (nicht – schnella-
defähig) bis theoret. 4 A (schnellladefähig). Entsprechend wäre die
Einstellung 4/5 des Einstellbereiches bzw. 80% für 2C.
Achtung!
Nicht schnelladefähige Akkus können bei der Schnellla-
dung explodieren und erheblichen Schaden anrichten.
Damit ein Akku auch nach längerer Zeit noch einwand-
frei funktioniert (ohne Memoryeffekt), wird bei NiCd -
Akkus empfohlen, vor der Ladung stets eine Entladung
durchzuführen. Außerdem sollten die Akkus einmal im
Monat entladen / geladen werden (Selbstentladung,
Kapazitätsverlust).
c) Ladung von 6 - oder 7 - zelligen NiCd - oder NiMH - Racingpacks
der Größe Sub - C
• Verbinden Sie die Krokodilklemmen der Anschlußleitung mit der
12 - V - Gleichspannungsquelle (Speisebatterie). Bei richtiger
Polung ertönt ein akustisches Signal und die erste LED (Charge
Status) leuchtet kurz rotleuchtend auf.
Achtung!
Ist die Batteriespannung der Speisebatterie zu niedrig
blinkt die gelbe Leuchtdiode "CHARGE STATUS" rot
und ein akustisches Signal ertönt. Trennen Sie darauf-
hin das Ladegerät von der Speisebatterie und verwen-
den Sie eine geladene Speisebatterie zur Versorgung
des Ladegerätes.
10
• Zodra de accu via de betreffende adapterstekker (Tamiya of Futa-
ba e.d.) met het klemcontact van de lader verbonden werd, zal er
opnieuw een akoestisch signaal weerklinken en zal de led CHAR-
GE STATUS groen knipperen tot de Start toets ingedrukt wordt.
• Stel de laadstroom in. Bij oudere accu´s mag de laadstroom 3 A
niet overschrijden. 3 A is ingesteld als tijdens het laden drie rode
led´s van de led regel branden. Accu´s met nieuwere technologie
kunnen ook met hogere laadstromen geladen worden om de
laadtijd te verkorten.
• Druk op de toets "START", er zal één keer een akoestisch signaal
weerklinken. De led "CHARGE STATUS" zal niet meer knipperen,
maar continu branden. Als er geen enkele rode led brandt, is de
laadstroom minder dan ca. 1 A.
Waarschuwing!
Zodra het laden opgestart werd, mag u de instelling
van de laadstroom niet meer aanpassen. De status
led zal in zo´n geval ca. 10 sec. lang van groen naar
een knipperend rood overschakelen. Het laden
wordt daardoor onnodig vertraagd. Daarenboven
wordt hierdoor de Delta Peak afslag op negatieve
wijze beïnvloed.
• Druk Als de status led groen knippert en er meermaals een akoe-
stisch signaal weerklinkt, werd de automatische "Delta Peak"
afslag uitgevoerd, d.w.z. het snelladen is afgesloten, de accu is
vol en kan gebruikt worden. Als de accu niet direct, maar pas later
benodigd wordt, zorgt het onderhoudsladen (met knipperende
led) ervoor, dat de accu gebufferd wordt. Zodra de accu beno-
digd wordt, moet u de lader van de autobatterij loskoppelen en
vervolgens de accu verwijderen.
51