Herunterladen Diese Seite drucken

Bio Green Phoenix 2.8 Gebrauchsanweisung Seite 58

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 4
Aircirculation Heater Phoenix 2.8
Winterwerking:
Stap 1:
Kies het gewenste stand van de keuzeschakelaars 1 en 2.
Afhankelijk van de grootte en standplaats van de broeikas wordt in de wintermaanden
aanbevolen het warmtevermogen te kiezen tussen 2800 Watt en 1800 Watt. Het lagere
vermogen van 1000 Watt daarentegen is in de overgangsseizoenen (herfst en voorjaar)
vaak voldoende.
1800 Watt: Ideale bescherming tegen vorst voor een broeikastgrootte tot ca. 3 x 4 m.
2800 Watt: Ideale bescherming tegen vorst voor een broeikastgrootte tot ca. 3 x 6 m.
Tip: Mochten er gevoelige planten in uw broeikas overwinteren (bv. cactussen), die
geen temperatuurschommelingen verdragen, dan bevelen wij u aan de verwarming in
bedrijftype 3b, 4b of 5b te zetten. In deze bedrijftypes verkrijgt u dankzij een continue
luchtcirculatie een meer gelijkmatige warmteverdeling en er ontstaan geen grote
temperatuurverschillen tussen de bovenste en onderste luchtlagen.
Hetzelfde geldt ook voor broeikassen met een heel hoge luchtvochtigheid. Hier vermijdt
u door de voortdurende circulatie van lucht het gevaar op de vorming van schimmels en
paddenstoelen.
Bij gewoon vrijhouden van vorst met meer robuuste planten kunnen de bedrijfstypes 3a,
4a of 5a gebruikt worden. Informeer u hiervoor in geval van twijfel bij een tuinier.
Stap 2:
Stel bij het instelwiel van de thermostaat de gewenste temperatuur in.
Bereken hiervoor aan de hand van het hiervoor getoonde voorbeeld, welke
thermostaatpositie overeenkomt met de door u gewenste temperatuur en stel die
daarop in. Laat nu de verwarming gedurende enige tijd werken en hou met een
thermometer de kamertemperatuur in de gaten (een MIN-MAX-thermometer wordt
aanbevolen). Corrigeer hierop eventueel de instelling een beetje naar onder of boven,
indien de gewenste temperatuur niet bereikt werd.
Deze instelling moet slechts een keer bij de eerste werking worden uitgevoerd. Zodra de
correcte instelling gevonden werd, zal de verwarming de temperatuur in de broeikas
constant houden.
Tip: De invoer van temperatuurwaarden op het instelwiel van de thermostaat knop is
jammer genoeg niet mogelijk, omdat die afhankelijk van de grootte, isolatie, vulling en
standplaats van elke broeikas verschillen zijn.
Zomerwerking:
Mocht u in de zomermaanden uw broeikas willen verluchten of de plantenbestuiving bevorderen, dan
selecteert u de circulatiewerking. Draai hiervoor de selectieschakelaar op positie 2 en de thermostaat
op niveau 10.
Aanbeveling:
Als u kostbare planten in uw broeikas wilt laten overwinteren, bevelen wij aan een tweede warmtebron
te installeren, die bij wegval van deze verwarming (bv. door uitval van stroom) inspringt. Zo verhindert
u, dat uw planten bevriezen.
Tip: Bij de eerste inbedrijfstelling zou er wat rook of geur kunnen naar buiten treden. Wees niet
ongerust. Dat ontstaat door olie- en stofresten op het verwarmingselement, die ontstaan zijn tijdens
het productieproces.
58

Werbung

loading