• Gebruik alleen pannen van het aanbevolen type en de aanbevolen grootte. (Zie ---> Ges-
chikte pannen).
• Kook niet op een beschadigde kookplaat. Overkokend eten en voedselresten kunnen de
beschadigde kookplaat penetreren en een risico op elektrische schokken creëren.
Voorbereiding voor eerste ingebruikname
• Controleer of het apparaat niet beschadigd is.
Neem in geval van beschadiging onmiddellijk con-
tact op met uw leverancier en gebruik het appa-
raat NIET.
• Verwijder al het verpakkingsmateriaal.
• Reinig het apparaat met handwarm water en een
zachte doek.
Geschikte pannen
Bodem van pan
Materiaal
Diameter bodem
Soort pan
Bediening
1. Plaats het apparaat op een vlak, droog, stabiel &
horizontaal oppervlak.
2. Plaats een geschikte pan (Zie ---- > Geschikte
pannen) op het midden van het apparaat, binnen
de cirkelvormige markering op het apparaat.
Opmerking: 1). Zorg ervoor dat de bodem van de pan
schoon is, omdat vuil ervoor kan zor-
gen dat de bodem van de pan aan het
apparaat plakt.
2). Verwarm nooit lege pannen. Hierdoor
• Plaats het apparaat op een vlak, stabiel & horizon-
taal oppervlak.
• Zorg ervoor dat er rondom het apparaat minstens
15cm vrij blijft, Dit in verband met de ventilatie van
het apparaat
• Plaats het apparaat zo dat de stekker te allen tijde
bereikbaar is.
Geschikt
Platte bodem
Pannen met ijzeren, gietijzeren, mag-
netisch roestvrijstalen of geëmailleerd
ijzeren bodem.
Tussen 12 cm en 26 cm.
Pannen met een bodemdikte van min-
imaal 1,5 mm.
3. Sluit de stekker aan op een geschikt stopcontact.
Er klinkt een pieptoon en het symbool – wordt op
het display getoond. Het apparaat staat nu in de
standbymodus.
4. Schakel het apparaat in door de vermogensknop
met de klok mee te draaien en een geschikt ver-
mogen te selecteren.
Niet geschikt
Gebogen, ongelijke, ronde bodem
Pannen met keramische, glazen, kop-
eren of aluminium bodem.
Minder dan 12 cm of meer dan 26 cm.
Volledig gesloten pannen of blikken
kan het apparaat oververhit raken en
de pan beschadigen.
NL
15